10 Hydro-Unit configuratie
10.1
Hydro-Unit MC
OPMERKING
Zie fabrieksinstellingen 3-2-2-1
H
Figuur 10: 1 pomp in bedrijf
H
Figuur 11: 2 pompen in bedrijf
H
Figuur 12: 3 pompen in bedrijf
Indien als gevolg van waterafname de druk daalt tot
onder de wensdruk, wordt er een pomp ingeschakeld.
Als de wensdruk is bereikt, worden de pompen weer
22
één voor één uitgeschakeld. De minimale nalooptijd
wordt voortdurend geoptimaliseerd. Hiermee wordt
een aanzienlijke energiebesparing gerealiseerd.
Tabel 13: Specifieke parameter instellingen MC
Parameter
3-3-1
Aantal pompen
3-3-2
Toevoer
S
3-3-3
Perszijde
3-5-1
Wenswaarde
Q
3-5-3
Bandbreedte
3-5-13
Lagedruk alarm
3-6-1
Opt. pompstarts/u 10
3-6-2
Min. draaitijd
3-6-3
Min. dr. tijd cor.
3-6-8
Droogloop vertra-
S
ging
Q
S
Q
Waarde
1
2
3
4
5
6
Schakelaar
Drukopnemer
Niveau / vulkl ON-OFF
Niveau / vulkl prop.
Vast toerental
... kPa
30
100
Default 180 s
DOL t/m 2.2 kW 90 s
10 s
Default 30
Vlotter/niveau 1