Tabel 12: Beveiligingsniveaus
Beveiligingsniveau: Toelichting:
Standaard
Wanneer gebruikers niet ingelogd
zijn in één van de beschikbare
niveaus, hebben zij alleen beperkte
toegang tot de parameters.
Gebruiker
Niveau voor de deskundige gebrui-
kers. Dit niveau verschaft toegang
tot alle benodigde parameters voor
de inbedrijfstelling. Er dient een
wachtwoord ingegeven te worden
bij: 3-2-1- "Aanmelding". Het stan-
daard wachtwoord voor gebruikers
is 7353.
Service
Niveau voor het service personeel
Er dient een wachtwoord opgege-
ven te worden bij: 3-2-1 "Aanmel-
ding".
Fabriek
Niveau welke alleen toegankelijk is
voor de fabrikant.
OPMERKING
Wanneer er geen toetsen worden
ingedrukt gedurende 10 minuten, zal
het systeem automatisch terugkeren
naar het standaard toegangsniveau.
8.1.4
Weergeven en veranderen parameters
De parameternummers bevatten het navigatie pad
door de menustructuur, waardoor specifieke
parameters snel en gemakkelijk te vinden zijn. Het
eerste cijfer van het parameternummer komt overeen
met het nummer van het eerste niveau in het menu,
welke direct benaderd kan worden door
gebruikmaking van de 4 functietoetsen.
Hieropvolgende stappen kunnen uitgevoerd worden
via de navigatietoetsen.
1--Bedrijf
2--Diagnose
Voorbeeld: Parameter 3-5-10 Delta P correctie:
Eerste cijfer van het parameternummer: 3-5-10
3 Instellingen 5 Druk instellingen 10 Delta P correctie
Druk op de derde functietoets voor Instellin-
gen. 3-1 verschijnt linksboven in de display.
Tweede cijfer van het parameternummer: 3-5-10
3 Instellingen 5 Druk instellingen 10 Delta P correctie
3--Instellingen
4--Infor-
matie
Verander de waarde in de display van 3-1
(linksboven) naar 3-5 door gebruik te
maken van de navigatietoetsen.
Om de selectie te bevestigen, druk op OK.
3-5 verschijnt uiterst linksboven in de dis-
play.
Derde cijfer van het parameternummer: 3-5-10
3 Instellingen 5 Drukinstellingen 10 Delta P correctie
Verander de waarde in de display 3-5-1
(linksboven) naar 3-5-10 door gebruik te
maken van de navigatietoetsen.
Om de selectie te bevestigen, druk op OK.
3-5-10 verschijnt uiterst linksboven in de
display.
8.2
Handbediening van de
pompen
Door op de snelkeuzetoets "Bedrijf" te drukken kan
informatie zoals de systeemdruk en pompbelasting
worden opgevraagd. Ook kan de bedrijfsstatus van
de pomp zoals Automatisch, Hand en Buitenbedrijf
veranderd / geselecteerd worden. Hieropvolgende
stappen kunnen uitgevoerd worden via de
navigatietoetsen.
Voorbeeld: Parameter 1-2-1 (Pomp) Bedrijfsstatus:
Eerste cijfer van het parameternummer: 1-2-1
1 Bedrijf
2 Pompen
1 Bedrijfsstatus
Druk op de eerste functietoets voor Opera-
tion. 1-1 verschijnt linksboven in de display.
Tweede cijfer van het parameternummer: 1-2-1
1 Bedrijf
2 Pompen
1 Bedrijfsstatus
Verander de waarde in de display van 1-1
(linksboven) naar 1-2 door gebruik te
maken van de navigatietoetsen.
Om de selectie te bevestigen, druk op OK.
1-2 verschijnt uiterst linksboven in de dis-
play.
Derde cijfer van het parameternummer: 1-2-1
1 Bedrijf
2 Pompen
1 Bedrijfsstatus
19