Inhoudsopgave
Advertenties
5.3.4 Koelvloeistofstand controleren
Afb. 58
Afb. 59
Afb. 60
Controles vóór inbedrijfstelling – Dagelijks onderhoud
AANWIJZING!
Gevaar van motorschade!
–
B-SYM-1072
–
–
Veiligheidsuitrusting:
1.
Koelvloeistofstand controleren aan de radiatoroverloop.
ð De koelvloeistofstand moet tussen de "MIN"- en "MAX"-
markering liggen.
WAARSCHUWING!
Verbrandingsgevaar door hete vloeistof!
–
–
B-720-0120
2.
Om bij te vullen de omgeving van de vulopening reinigen.
3.
Deksel eraf nemen en koelvloeistof bijvullen tot aan de
"MAX"-markering.
4.
Deksel sluiten.
B-720-0059
D.ONE
Als een daling van de koelvloeistofstand wordt
vastgesteld, alle leidingen, slangen en de
motor controleren op dichtheid.
Geen koelerafdichtmiddel voor de eliminering
van lekkages gebruiken.
Alleen koelvloeistof met toegelaten specificatie
gebruiken
Ä Hoofdstuk 8.3.3 „Koelvloeistof"
op pagina 115.
Beschermende werkkleding
n
n
Werkschoenen
n
Werkhandschoenen
n
Veiligheidsbril
Radiatoroverloop alleen openen bij koude
motor.
Persoonlijke beschermende uitrusting dragen
(werkhandschoenen, beschermende werkkle-
ding, veiligheidsbril).
73
Advertenties
Inhoudsopgave
