Vochtigheid verminderen
Deze functie is interessant om vochtige
gerechten te bereiden die knapperig
moeten zijn aan de buitenkant (bijv.
diepvriesfrieten of -kroketten, of ge-
braad met een korst).
Ook voor taarten met vochtig beleg
(bijv. pruimen- of appeltaarten) is deze
functie geschikt.
De functie "Vochtigheid vermin-
deren" kan bij elke bereidingsfunctie
worden gebruikt.
De functie "Vochtigheid vermin-
deren" moet voor elke bereiding af-
zonderlijk worden geactiveerd.
De functie werkt het best als u ze
aan het begin van een bereiding ac-
tiveert.
^ Plaats het gerecht in de ovenruimte.
^ Schakel het toestel in met de sensor-
toets K.
^ Selecteer een bereidingsfunctie en
stel een temperatuur in.
^ Raak de sensortoets "OK" aan.
De lijst wordt weergegeven.
^ Selecteer het punt "Vochtigheid ver-
minderen" en bevestig "Aan".
Uitgebreide handmatige bediening
Functie wijzigen
Met het menupunt "Functie wijzigen"
kunt u de geselecteerde
bereidingsfunctie wijzigen.
De ingestelde tijden blijven behouden.
35