Opbouw en werking
3 - Groen licht
4 - Tuimelschakelaar Functiekeuze
5 - Tuimelschakelaar bedrijfskeuze
6 –
7 – Noodstopknop
8 - Tuimelschakelaar Werkkooi
draaien
9 – Tuimelschakelaar Best.paneel
uit / aan
10 - Geel licht
11 - Tuimelschakelaar Start / stop
9-7-2014
Het groene licht knippert wanneer de stempels geen contact met de
grond maken.
Het groene licht brandt constant wanneer de machine correct is
gesteund.
Met de tuimelschakelaar Functiekeuze wordt gekozen tussen ketting-,
platform-, stempelfunctie.
Is bedoeld bij de kettingfunctie voor de selectie van de modi "Kruip- of
IJlgang".
Is bedoeld bij de stempelfunctie voor de selectie van de modus
"Handmatige of Automatische modus".
Geen functie
Op het bedieningspaneel bevindt zich de noodstopknop. Deze moet
na bediening door draaien worden ontgrendeld, zodat de machine
weer bedrijfsklaar is.
De tuimelschakelaar dient voor het draaien van de werkkooi.
De tuimelschakelaar dient voor het in- en uitschakelen van de ka-
belafstandsbediening.
Het gele licht geeft het startprocedé en de bedrijfstoestand van de
verbrandingsmotor weer.
De tuimelschakelaar dient voor het starten en stoppen van de ver-
brandingsmotor.
LEO23GT 2013
53