Toets "SWING"
De toets "SWING" maakt een continue en automa-
tische verticale afstelling van de lamellen mogelijk.
In ingeschakelde toestand wordt de gekoelde lucht
beter in de kamer verdeeld. Wordt de toets
"SWING" tijdens de pendelbeweging ingedrukt,
stoppen de lamellen in stand waarin ze op dat
moment staan. Het nogmaals indrukken van de
toets start de pendelbeweging weer.
Afb. 19: Toets "SWING"
SWING
SWING
Toets "FAN"
Na het indrukken van de toets "FAN" wordt in het
display de ventilatorsnelheid "AUTO" weerge-
geven. Elke verdere bediening van de toets leidt
tot een hogere (H), gemiddelde (M) en lage (L)
instelling van de snelheid. In de instelling AUTO
selecteert de regeling zelf het ventilatortoerental.
Hoe verder de gewenste temperatuur van de wer-
kelijke temperatuur is verwijderd, hoe hoger de
snelheid is. In alle overige niveaus is een vast toe-
rental ingesteld.
Afb. 20: Toets "FAN"
A: Automatisch
B: Niveau H
C: Niveau M
D: Niveau L
A
FAN
B
FAN
C
FAN
D
27