U kunt ook een vooraf ingestelde waarde selecteren in het gedeelte
Voorinstelling %.
Selecteer Opslaan om de wijzigingen op te slaan.
Afdrukformaat invoeren: selecteer een afdrukformaat in de voorinstellingen
met standaard scanpercentages.
b) Selecteer de gewenste voorinstelling in het gedeelte Afdrukformaat.
c) Selecteer Opslaan om de wijzigingen op te slaan.
Opties voor archiveren
Bestandsnaam
U kunt een bestandsnaam invoeren en opslaan.
1. Open het tabblad E-mailopties en selecteer Bestandsnaam....
2. Gebruik het toetsenbord om de bestandsnaam in te voeren.
3. Selecteer Opslaan om de wijzigingen op te slaan.
Bestandsindeling
U kunt een bestandsindeling voor gescande gegevens selecteren.
1. In het venster Scannen selecteert u Bestandsindeling. Kies vervolgens de gewenste
bestandsindeling voor de afleveringsgegevens.
TIFF/JPEG Auto-selectie: Er wordt automatisch JPEG of TIFF geselecteerd. De
bestandsindeling wordt per pagina bepaald. JPEG voor pagina's in 4 kleuren en
grijsschaal en TIFF voor zwart/wit-pagina's.
TIFF: gescande gegevens worden in TIFF-indeling opgeslagen.
JPEG: gescande gegevens worden in JPEG-indeling opgeslagen. Deze optie kan
worden geselecteerd wanneer Kleur of Grijsschaal bij Kleurenscannen is
geselecteerd.
PDF: gescande gegevens worden in PDF-indeling opgeslagen.
DocuWorks: gescande gegevens worden in DocuWorks-indeling opgeslagen.
Meer: geeft het venster Bestandsindeling weer.
2. Als Meer is geselecteerd, maakt u een selectie in het aanvullende venster
Bestandsindeling. Naast de eerder vermelde bestandsindelingen kunt u ook een keuze
maken uit:
Compressiemethode: voor het selecteren van een compressiemethode voor
gescande beeldgegevens.
MRC hoge compressie: hiermee kunt u PDF-, DocuWorks- en XPS-bestanden met
hoge compressie opslaan.
Xerox
®
D95/D110/D125/D136 Copier/Printer
Handleiding voor de gebruiker
Scannen
5-29