14. Weeg de in de afdraai-emmer opgevangen
hoeveelheid zaaigoed (houd rekening met
het gewicht van de bak) en vermenigvuldig
deze
ο
met factor "40" (bij 1/40 ha) of
ο
met factor "10" (bij 1/10 ha).
Controleer de nauwkeurigheid van de
weegschaal.
Afdraaien op 1/40 ha:
Zaaihoeveelheid [kg/ha] = afgedraaide hoeveelheid zaaigoed [kg/ha] x 40
Afdraaien op 1/10 ha:
Zaaihoeveelheid [kg/ha] = afgedraaide hoeveelheid zaaigoed [kg/ha] x 10
Voorbeeld:
Afgedraaide hoeveelheid zaaigoed: 3,2 kg op 1/40 ha
Zaaihoeveelheid [kg/ha] = 3,2 [kg/ha] x 40 = 128 [kg/ha]
15. Herhaal de afdraaiproef tot het bereiken van de gewenste hoeveelheid uit te zaaien zaad.
16. Bevestig de afdraai-emmer aan de tank.
17. Sluit de klep van de injectiesluis (Afb. 101/1) voorzichtig (zie waarschuwing).
18. Zet het stapwiel in werkstand (zie op pagina 140) of transportstand (zie op pagina 139).
19. Steek de afdraaislinger in de transporthouder.
AD-P 03 Super BAG0061-2 10.14
Afb. 107
Met de eerste afdraaiproef wordt de gewenste uit te zaaien hoe-
veelheid zaad doorgaans niet bereikt. Met de waarden van de eer-
ste afdraaiproef en de berekende uit te zaaien hoeveelheid zaad
kan de juiste stand van de aandrijving met behulp van de rekenschijf
worden bepaald (zie hoofdstuk "Bepaling van de stand van de aan-
drijving met behulp van de rekenschijf", op pagina 112).
Instellingen
111