Voedingskabel
Laat de voedingskabel zo ver
doorlopen in de behuizing, dat
het voorste deel van de behui‐
zing kan worden afgenomen.
Strip ongeveer 120 mm van de
buitenmantel van de voedings‐
kabel.
N
L
A1632
Monteren en installeren
Afb. 7: Aansluitschema
1.
Draai de vier schroeven van de
behuizing los en verwijder het
voorgedeelte van de behuizing
2.
Breek de kleine uitbreekpoort
aan de rechteronderzijde van de
achterkant uit
3.
Plaats de passende kabelwartel
en schroef deze stevig vast
(draai de klemmoer nog niet
vast)
4.
Plaats het verloopstuk, afhanke‐
lijk van de gebruikte kabeldoor‐
snede, in de kabelwartel
5.
Voer de voedingskabel naar
binnen door de kabelwartel
6.
Strip de kabeleinden en pers de
passende adereindhulzen op de
aders
7.
Sluit de voedingskabel aan vol‐
gens het schema, zie Afb. 7
(aansluiting randaarde vereist)
8.
Draai de klemmoer van de
kabelwartel zo vast, dat de
doorvoer dicht is
9.
Plaats het voorgedeelte van de
behuizing weer op het achterge‐
deelte
21