5
Monteren en installeren
Kwalificatie gebruiker, mechani‐
n
sche montage: Geschoolde
Ä Hoofdstuk 2.4
vakman, zie
„Kwalificatie gebruiker"
op pagina 13
Kwalificatie gebruiker, elektrische
n
installatie: Elektromonteur, zie
Ä Hoofdstuk 2.4 „Kwalificatie
gebruiker" op pagina 13
Algemene informatie voor
installeren en montage
Het apparaat is bestand tegen
de normale omstandigheden in
technische ruimten.
Toegestane omgevingstempe‐
ratuur: -10 ... 45 °C.
Toegestane mediumtempera‐
tuur: -10 ... 45 °C.
Overige omgevingsvoor‐
waarden: Geen direct zonlicht.
Volg bij het installeren de gel‐
dende nationale voorschriften
op.
Monteren en installeren
5.1
Slangenpomp monteren
Wandmontage
2
1
Afb. 2: Wand-/pijphouder demonteren
1.
Demonteer de wand-/pijp‐
houder. Trek beide grendel‐
haken (1) naar buiten en druk
deze naar boven.
2.
Klap de wand-/pijphouder weg
(2) en trek deze naar onderen
eruit.
3.
Teken twee boorgaten diago‐
naal van elkaar af, gebruik
daarbij de wand-/pijphouder als
boorsjabloon.
4.
Gaten boren: Ø 8 mm, diepte =
50 mm
A0273
17