Papier opslaan en gebruiken
X er o x 4 5 90 EP S / 4110 EP S Ha nd l e id i n g v oo r d e g e br u i k er
Handel als volgt bij het opslaan van papier:
•
Bewaar papier in een archiefkast of op een andere droge
plaats. Papier dat vocht heeft opgenomen kan papierstoringen
en afdrukkwaliteitsdefecten veroorzaken.
•
Na het openen van een pak papier, moet u het resterende
papier goed inpakken. U wordt aanbevolen een vochtwerende
verpakking te gebruiken.
•
Papier moet op een vlakke ondergrond worden bewaard om
krullen of kromtrekken te voorkomen.
Handel als volgt als u papier gaat gebruiken en in de laden plaatst:
•
Leg de stapel papier netjes recht voordat u het papier in de
lade plaatst.
•
Gebruik geen papier dat is gevouwen, gekreukt of erg
kromgetrokken.
•
Gebruik geen golvend of gekruld papier.
•
Plaats geen papier van verschillende formaten tegelijk in één
lade.
•
Transparanten en etiketten kunnen papierstoringen
veroorzaken. Ook kan het gebeuren dat er meerdere vellen
tegelijk worden ingevoerd. Deze papiersoorten moet u
voorzichtig uitwaaieren.
•
Door het continu afdrukken op transparanten, gaan
transparante vellen soms aan elkaar plakken. Verwijder
transparanten na circa iedere 20 vellen uit de opvangbak en
waaier ze uit om ze af te koelen.
2 . P ap i er e n an d er af dr u k m at e r ia a l
2-3