12
4
Gebruik van de rolstoel
4.1 Verstelmogelijkheden
De rolstoel kan met de volgende elektrische en/
of mechanische verstellingen worden voorzien
die door gebruiker zonder gereedschap
gemaakt kunnen worden:
Mechanische verstellingen (
1. Beensteunen die handmatig kunnen worden
verwijderd
2. Wegzwenkbare joystickhouder
3. Hoofdsteun
Elektrische verstellingen
&
(
Bedieningskast) (figuur 6)
1. Elektrische kantelverstelling
Basispositie: niet gekanteld
2. Elektrische hoog/laag
Basispositie: laagste stand
3. Elektrisch rugverstelling
Basispositie: rechte stand
4. Elektrische beensteunen
Basispositie: zo verticaal mogelijk
Waarschuwing!
Elektrische verstellingen hebben een
negatieve invloed op de stabiliteit van de
rolstoel. Gebruik elektrische verstellingen
alleen op vlakke ondergrond.
Vermijd contact met bewegende en/of
roterende onderdelen tijdens elektrische
verstellingen. Contact met bewegende
en/of roterende onderdelen kan ernstige
lichamelijke letsel of schade aan de rolstoel
tot gevolg hebben.
4.2 Controleren van de rolstoel
voor gebruik
Controleer voor het rijden:
1. Of de banden voldoende zijn opgepompt
(zie 7.3 Banden).
1. Of de accu's voldoende zijn opgeladen. De
groene lampjes op de accu indicator moeten
&
branden (
Bedieningskast).
2. De lichten en de indicatielampjes werken
&
correct (
Bedieningskast).
3. De vrijloopschakelaar in de stand "rijden"
staat (zie 4.6 Duwen van de rolstoel).
&
Zitsysteem)
Puma 40
6