Externe aansluitopties
Op klemmenstrook X2 heeft SMO 20 softwaregeregel-
de ingangen en uitgangen voor het aansluiten van een
externe schakeling. Dat betekent dat er een sensor of
een externe schakeling kan worden aangesloten op
een van de zes speciale aansluitingen, waarbij de
functie voor de aansluiting wordt bepaald in de soft-
ware van de bedieningsmodule.
LET OP!
Als er een externe contactfunctie is aangeslo-
ten op de SMO 20, moet de functie voor ge-
bruiksingang of -uitgang worden geselecteerd
in menu 5.4.
Selecteerbare ingangen klemmenstrook X2 voor deze
functies zijn AUX1 (X2:11), AUX2 (X2:12), AUX3 (X2:13),
AUX4 (X2:15), AUX5 (X2:16) enAUX6 (X2:17). Aarde
wordt aangesloten op respectievelijk klemmenstrook
X2:14 of X2:18 (zie bedradingsschema voor meer infor-
matie).
De selecteerbare ingang is klemmenstrook X4:15-17
op basiskaart (AA2).
L N
1
1
0
PE
2
3 4
LEK
In het bovenstaande voorbeeld worden de ingangen AUX1
(X2:11) en AUX3 (X2:13) op de klemmenstrook (X2) gebruikt.
LET OP!
Een aantal van de volgende functies kan ook
worden geactiveerd en gepland via het menu
met instellingen.
Mogelijke selectie AUX-ingangen
De volgende functies kunnen worden aangesloten op
de AUX-ingangen van klemmenstrook X2.
Deze functies worden vervolgens geselecteerd in menu
5.4. Gebruik een 2-aderige kabel van min. 0,5 mm2 dik.
22
Hoofdstuk 5 |
Elektrische aansluitingen
in-/uitgangen software 5.4
blokkeer verw.
activeer tijd. luxe
niet gebruikt
niet gebruikt
niet gebruikt
niet gebruikt
SMO Externt
SMO 20
1
2
3
4
5
6
10
7
8
9
11
10
11
12
12
13
13
14
15
16
14
17
18
19
15
20
21
X2
X2
■
Temperatuursensor, koeling/verwarming
Als een bepaalde ruimte de werkwijze van de hele
installatie gaat bepalen, wordt gebruikgemaakt van
een ruimtesensor ((BT74). Als er een ruimtesensor
(BT74) is aangesloten op SMO 20, bepaalt de ruimte-
sensor (BT74) wanneer het tijd is om te schakelen
tussen koelen en verwarmen voor de hele installatie.
Het alternatief geldt alleen als accessoires voor koe-
ling aanwezig zijn of als de warmtepomp de inge-
bouwde koelfunctie heeft.
■
Temperatuursensor, externe retourleiding
Als temperatuursensor, externe retourleiding (BT71)
moet worden gebruikt, moet deze op de gekozen
ingang (menu 5.4, zie pagina 39) op klemmenstrook
X2 worden aangesloten. Gebruik een 2-aderige kabel
van min. 0,5 mm².
■
Temperatuursensor, koeling aanvoerleiding
In gevallen waarbij de actieve koelfunctie met een
systeem met 4 leidingen wordt gebruikt bij de AUX-
uitgang, moet een temperatuursensor aanvoerleiding
koeling (BT64) worden aangesloten op SMO 20. Het
alternatief wordt alleen weergegeven als de koelfunc-
tie in de warmtepomp geactiveerd is.
■
Contact voor externe tariefblokkering
In gevallen waarbij externe tariefblokkering vereist
is, moet deze worden aangesloten op klemmenstrook
X2.
Tariefblokkering houdt in dat de bijverwarming, de
compressor, verwarming en koeling worden ontkop-
peld door een potentiaalvrije schakeling aan te slui-
ten op de in menu 5.4 geselecteerde ingang.
Een gesloten contact betekent dat het elektrisch
vermogen is uitgeschakeld.
■
Schakelaar voor "SG ready"
Extern
B
A
In gevallen waarbij deze functie vereist is, moet deze
worden aangesloten op klemmenstrook X2.
"SG Ready" is een slimme vorm van tariefregeling
waarbij uw energieleverancier de binnen- en warmtap-
watertemperaturen kan beïnvloeden of simpelweg de
bijverwarming en/of de compressor in de warmtepomp
op bepaalde uren van de dag kan blokkeren (kan
worden geselecteerd in menu 4.1.5 nadat de functie
is geactiveerd). Activeer de functie door potentiaalvrije
contacten aan te sluiten op twee ingangen die u selec-
teert in menu 5.4 (SG Ready A and SG Ready B), zie
pagina 39.
Gesloten of open schakelaar houdt één van de volgen-
de zaken in:
Voorzichtig!
Deze functie kan alleen worden gebruikt in
elektriciteitsnetten die de "SG Ready"-stan-
daard ondersteunen .
"Voor SG Ready" zijn twee AUX-ingangen
vereist.
SMO 20