-
Meetstrook op het land exakt afmeten. Aaanvangs- en eindpunt der meetstrook markeren
(fig.7.8).
-
Meetsrook vanaf begin- tot eindpunt onder veldomstandigheden exakt afrijden, d.w.z.
met halfgevulde tank, voorgeziene konstante werksnelheid (8 km/uur) en aftakas
toerental 540 omw/min (wanneer voor de werkbreedte instelling in de strooitabel niet
anders is aangegeven). Hierbij de linker schuif exakt aan de meetstrook aanvangspunt
openen en aan het eindpunt sluiten.
- Voor gebruik van de werkelijk ingestelde strooihoeveelheid [kg/ha] de opgevangen
kunstmest hoeveelheid wegen en het gewicht (b.v. 10 kg) met de aangegeven
vermenigvuldigings-getal "40„ voor de strooihoeveelheid omrekening van [kg] in [kg/ha]
vermenigvuldigen.
Opgevangen kunstmesthoeveelheid [10 kg] x Verm.faktor (40)
=
Strooihoeveelh.
F
Komen de werkelijk uitgebrachte- en de gewenste strooihoeveelheid niet
overeen, dan de stand van de strooihendels overeenkomstig korrigeren.
Eventueel de strooihoeveelheids kontrole herhalen.
-
Na vaststelling van de exakte schuivenstand voor de linker trechterkant, dan de
rechtse stelhendel op de gelijke instel schaalwaarde instellen.
F
Het vermenigvuldigingsgetal voor de totaal hoeveelheid geeft de eenzijdige
doorlaat van de strooihoeveelheid kontrole.
F
Bij hoge kunstmestdoseringen per ha. kan de meetstrook worden gehalveerd
en het vermenigvuldigingsgetal worden verdubbelt, terwijl de opvang
hoeveelheid van de opvang container begrenst is.
Omrekenen van de gewenste meetstrook voor niet in de tabel opgenomen
werkbreedten:
tot 23 m. werkbreedte - vermenigvuldigings faktor 40
Gewenste meetstrook bij gewenste werkbreedte [m]
af 24 m. werkbreedte - vermenigvuldigings faktor 20
Gewenste meetstrook bij gewenste werkbreedte [m]
ha
=
Werkbreedte [m]
=
7 - 9
=
400 [kg/ha]
500
1000
Werkbreedte [m]