Inhoudsopgave
Advertenties
ACHTERUITNAAIEN
Druk eenmaal op de Achteruitnaaitoets voordat u
begint te naaien als u permanent achteruit wilt naaien.
De achteruitnaai-indicator wordt verlicht en de machine
naait achteruit totdat u opnieuw op de toets drukt. Als
u tijdens het naaien op de achteruitnaaitoets drukt, naait
de machine achteruit zolang u de toets ingedrukt houdt.
De achteruitnaai-indicator wordt verlicht wanneer de
achteruitnaaitoets wordt ingedrukt.
Achteruitnaaien wordt ook gebruikt bij het naaien van
knoopsgaten, stopsteken en taperingsteken om tussen delen
van de steken heen en weer te gaan.
ALGEMENE PICTOGRAMMEN/
FUNCTIES
De volgende pictogrammen en functies op het scherm
worden vaak gebruikt.
Lang drukken
Sommige pictogrammen hebben extra functies, gemarkeerd
met een pijl in de rechter onderhoek. Houd het pictogram
enkele seconden ingedrukt om deze functies te openen.
Controlefuncties – Borduurmodus
De controlefuncties worden gebruikt om aanpassingen te
maken. Er zijn vier functies die gebruikt kunnen worden:
Plaatsen, Roteren, Schaalverdeling en Beeld verplaatsen.
Wanneer een controlefunctie is geselecteerd, kunt u
aanpassingen maken door op de pijlen in de controle te
drukken of door met uw stylus het scherm aan te raken.
De controle verandert afhankelijk van welke functie wordt
geselecteerd.
3:16
Het ultieme interactieve scherm
Druk/sleepfunctie
– positie
Roteren
Achteruitnaai-indicator
Lang drukken
Beeld
verplaatsen
Schaalverdeling
Advertenties
Inhoudsopgave
