Onderhoud
Inspectie en onderhoudsmaatregelen
10.4
Inspectie en onderhoudsmaatregelen
Interval
Onderhoudswerkzaamheid
A
Bereikbaarheid van de brandklep
Uit- en inwendige toegankelijkheid
–
Toegankelijkheid herstellen
Inbouw brandklep
Inbouw volgens de gebruiksaanwijzing
–
Brandklep correct monteren
Transport- en montagebeveiliging (indien aanwezig)
Transport- en montagebeveiliging verwijderd
–
Transport- en montagebeveiliging verwijderen
Aansluiting luchtkanalen / beschermingsrooster / flexibele aansluiting
Aansluiten volgens gebruiksaanwijzing
–
Korrekte aansluiting herstellen
Voedingsspanning veerretourmotor
Voedingsspanning volgens vermogensgegevens, zie veerretourmotor
–
Voedingsspanning herstellen
A / B
Brandkleppen op beschadigingen controleren
Brandklep, klepblad en afdichting moeten onbeschadigd zijn
–
Klepblad uitwisselen
–
Brandklep herstellen of vervangen
Functie signaleringsmechanisme
Functionering volgens de regels
Smeltlood onbeschadigd/vrij van corrosie
–
Smeltlood uitwisselen
–
Signaleringsinrichting uitwisselen
Functiecontrole van de brandklep (met een smeltlood)
Brandklep met de hand openen
Handgreep is in de OPEN-stand te vergrendelen
Klepblad sluit na een handmatige signalering zelfstandig
–
Fouten opsporen en verhelpen
–
Brandklep herstellen of vervangen
–
Signaleringsinrichting uitwisselen
Functiecontrole van de brandklep (met een veerretourmotor)
Correcte functionering van de motor
Klepblad sluiten
Klepblad openen
–
Fouten opsporen en verhelpen
–
Veerretourmotor vervangen
–
Brandklep herstellen of vervangen
Functiecontrole van de externe rookmelder
Functionering volgens de regels
Brandklep sluit na het bedienen van de testknop of bij het detecteren van rook
Brandklep opent, na een reset
–
Fouten opsporen en verhelpen
–
Rookmelder resetten of vervangen
116
Ä 19
Ä 107
Brandklep Serie FK-EU
Ä 103
Ä 107
Personeel
Vaklieden
Vaklieden
Vaklieden
Vaklieden
Elektriciens
Vaklieden
Vaklieden
Vaklieden
Vaklieden
Vaklieden