HOE EEN WATTS OEFENING UIT TE GEBRUIKEN
1. Begin met trappen of druk op een van de knop-
pen van het bedieningspaneel om deze in te
schakelen.
Zie HOE HET APPARAAT TE ZETTEN op pagina
17.
2. Kies een watts oefening.
Druk, om een watts oefening te kiezen, eerst op
de oefeningen [WATTS WORKOUTS] toets. Draai
vervolgens aan de totdat het nummer van de
gewenste oefening in de display verschijnt. Druk
dan de Enter toets om de oefening te kiezen.
De oefentijd
en de woor-
den ENTER
WATTS TAR-
GET (de na te
streven watts
invoeren)
zullen op de
display ver-
schijnen wanneer u watts oefening 1 kiest.
De oefentijd en
een profiel van
de weer-
standsinstel-
lingen van de
oefening zullen
de display ver-
schi-
jnen wanneer
u watts oefening 2 of 3 kiest.
3. Voer een na te streven watts instelling in wan-
neer u watts oefening 1 kiest.
Tijdens watts oefening 1 wordt dezelfde na te
streven watts instelling voor alle segmenten van
de oefening geprogrammeerd. Draai aan de weer-
standsknop om de gewenste na te streven watts
instelling in te voeren.
4. Begin de oefening door te gaan trappen.
Watts oefening 1 is verdeeld in 40 segmenten
van 1-minuut. Het bedieningspaneel zal tijdens de
oefening uw watts inspanning met de na te
streven watts instelling die u hebt ingevoerd
vergelijken.
Als uw watts inspanning teveel onder of boven de
na te streven instelling ligt zal de weerstand van
de trappers automatisch toe- of afnemen om uw
watts inspanning dichter bij de na te streven watts
instelling te brengen. Telkens wanneer de weer-
stand verandert, zal het weerstandsniveau enkele
momenten in de display verschijnen om u te
waarschuwen..
U kunt, wanneer de na te streven wattsinstelling te
hoog of te laag is, de instelling handmatig veran-
deren door de weerstandsknop te draaien.
Watts oefening 2 of 3 is verdeeld in 40 seg-
menten van 1 minuut. Een weerstandsniveau en
een na te streven watt niveau worden voor ieder
segment geprogrammeerd. Opmerking: hetzelfde
weerstandsniveau en/of het na te streven watts
niveau kunnen voor opeenvolgende segmenten
geprogrammeerd worden.
Het profiel van de oefening zal uw vordering
aangeven (zie tekening links). Het flikkerende seg-
ment van het profiel geeft het huidige segment van
de oefening aan. De hoogte van het flikkerend
segment geeft het weerstandsniveau van het
huidige segment aan.
Terwijl u oefent, wordt u
aangespoord uw tempo
zo dicht mogelijk bij een
na te streven snelheid te
houden. U moet uw
snelheid verhogen wan-
neer een pijl naar boven wijst of wanneer het
woord FASTER (sneller) in de display verschijnt. U
moet uw snelheid verlagen wanneer een pijl naar
beneden wijst of wanneer het woord SLOWER
(langzamer) in de display verschijnt. Houdt
dezelfde snelheid aan wanneer er geen pijl of
wanneer de woorden ON TARGET (op peil) in de
display verschijnen.
21