ondersteund door uw televisie. Selecteer
in dit geval de juiste resolutie op de
receiver (zie blz. 118).
Beelden van het apparaat dat is
verbonden met de HDMI-aansluiting
worden niet uitgevoerd naar de
televisie of zijn vervormd of
onderbroken.
• Controleer of de kabels juist en stevig
aangesloten.
• Het weergaveapparaat moet eventueel nog
ingesteld worden. Zie tevens de
gebruiksaanwijzing die bijgeleverd is met
elk apparaat.
• Zorg dat u voor de HDMI-aansluiting een
aansluitkabel gebruikt van het type High
Speed HDMI-kabel wanneer u beelden
bekijkt of geluid beluistert tijdens een
1080p-, Deep Color- of 3D-transmissie.
Het 3D-beeld wordt niet weergegeven
op de televisie.
• Afhankelijk van de televisie of de
videocomponent, worden 3D-beelden
mogelijk niet weergegeven. Controleer de
3D-beeldformaten die door het systeem
worden ondersteund (zie blz. 157).
Het opnemen lukt niet.
• Controleer of de betrokken apparaten op
de juiste wijze zijn aangesloten
(zie blz. 24).
• Selecteer het bronapparaat (zie blz. 56).
De GUI wordt niet weergegeven op het
televisiescherm.
• "GUI MODE" is mogelijk uitgeschakeld.
Druk op GUI MODE om "GUI MODE" in
te schakelen.
• Controleer of de televisie op de juiste
wijze is aangesloten.
152
NL
Tuner
De FM-radio-ontvangst klinkt niet goed.
• Installeer een FM-buitenantenne en sluit
deze aan op de receiver met een 75-ohm
coaxiale kabel (niet meegeleverd), zoals
aangegeven op zie blz. 152. Als u de receiver
aansluit op een buitenantenne moet deze
zorgvuldig geaard worden, ter bescherming
tegen blikseminslag. Sluit de aardingsdraad
nooit aan op een gasleiding; gezien de kans
op een gasexplosie is dit uiterst gevaarlijk.
FM-buitenantenne
Aardingsdraad
(niet meegeleverd)
Het afstemmen op een radiozender lukt
niet.
• Controleer of de antennes goed zijn
aangesloten. Regel de antennes en sluit
eventueel een buitenantenne aan.
• Houd de satellietradio-antenne uit de buurt
van de luidsprekerkabels en het netsnoer
om ruisvorming te voorkomen.
• Mogelijk is de signaalsterkte te gering
voor ontvangst (bij gebruik van de
automatische zoekafstemming). Gebruik
de directe afstemming.
• Zorg dat het afsteminterval juist ingesteld
is (bij het afstemmen op AM-radiozenders
met directe afstemming).
• Er zijn nog geen zenders vooringesteld of
de vastgelegde voorkeurzenders zijn uit
het geheugen gewist (bij gebruik van de
geheugenafstemming). Leg de gewenste
zenders in het afstemgeheugen vast
(zie blz. 63).
Receiver
Naar een
aardingspunt