Inhoudsopgave
Advertenties
5 Bediening
5.4.1 Smart Hold
De meter piept continu en het display knippert als het gemeten signaal groter is
dan de aflezing op het display (voor de V.A.W.-functie).
5.5 Modus Silent (stil)
In de stille modus is de waarschuwingspieper uitgeschakeld. De stille modus is
niet van invloed op de pieper voor de doorgangstest.
1.
Gebruik de navigatietoetsen om het pictogram van de stille modus
lecteren, zie paragraaf 5.6.3.1 Modus selecteren, pagina 18.
5.6 Spannings- en stroommetingen
5.6.1 Basis-spanningsmetingen
OPM.
Als de gemeten spanning hoger is dan 30 V DC of AC RMS, wordt de indica-
tor
weergegeven.
1.
Zet de functieschakelaar in de stand .
2.
Om de AC-, DC- of AC+DC-meting handmatig te selecteren, drukt u herhaal-
delijk op de toets
matische/handmatige selectie), pagina 14.
3.
Om het meetbereik (de schaal) handmatig te selecteren, drukt u herhaalde-
lijk op de toets
tische/handmatige bereikinstelling), pagina 15.
4.
Steek het zwarte meetsnoer in de negatieve COM-aansluiting en het rode
meetsnoer in de positieve V-aansluiting.
5.
Sluit de meetsnoeren parallel aan op het te testen onderdeel.
6.
Lees de spanningswaarde af van het display.
#T559825; r. AH/ 10384/10384; nl-NL
. Zie paragraaf 5.2 Modus Auto/Manual select (auto-
. Zie paragraaf 5.3 Modus Auto/Manual range (automa-
te se-
16
Advertenties
Inhoudsopgave
