C A L I B R A T I O N
G A S C A L I B R A T I ON
s e l e c t :
1
G A S C A L I B R A T I O N
Z E RO A D J U S T
s e l e c t :
Z E R O A D J U S T
A P P L Y A I R !
u s e c l e a n a i r
Z E R O A D J U S T
0 . 0 1 p p m
V a l u e s t a b l e ?
Z E R O A D J U S T
0 . 0 0 p p m
V a l u e o . k .
Z E R O A D J U S T
S A V E ?
< s e t >
t o c o n f i r m
vervolg
continued
Satellite XT R-versie
Het submenu gasijking wordt gebruikt voor dynamische
ijking. Gebruik voor de nulijking zuivere of synthetische
lucht, vrij van meetgas of andere storende gassen. De
o f
2
sensor moet voor de ijking worden opgewarmd.
Voor bereikinstelling is het aanbevolen om testgas te
gebruiken met een bekende concentratie net op of
boven de grenswaarden voor het doelgas.
Houd altijd de juiste volgorde aan: voer eerst de
nulijking uit en dan pas de bereikinstelling.
Nulijking is van toepassing op alle sensoren, behalve
op zuurstofsensoren. Gebruik de <set>-toets om naar
1
o f
2
de nulijking te gaan. Volg de instructie die verschijnt.
Z org voor aanvoer van zuivere of synthetische lucht
en druk op de <set>-knop om verder te gaan.
!
Laat de nulwaarde stabiliseren.
Wanneer de waarde reeds nul bedraagt, is nulijking
niet nodig. Druk op de <esc>-toets om af te sluiten.
Druk op de <set>-toets wanneer de waarde niet gelijk
is aan nul om het nulpunt bij te stellen. Vervolg de
procedure.
De waarde is nul. Druk op de <set>-toets om verder
te gaan.
?
Druk op de <set>-toets om het nieuwe nulpunt te
bewaren in het interne geheugen van de eenheid.
IJking - Hoofdstuk 5
Lucht aanvoeren!
<Feitelijk nulpunt>
<Bijgesteld nulpunt>
Gasijking
Nulijking
Opslaan?
5-2