3.5
Aarding van de handpoederinstallatie
Uit veiligheidsoverwegingen moet de handpoederinstallatie goed geaard zijn. Normaal
gebeurt dit via de netkabel.
Om een optimale poedercoating te bereiken, dient ook het werkstuk absoluut goed geaard te
zijn. Een slechte aarding leidt tot:
•
zeer slechte bedekking
•
ongelijkmatige laagdikte
•
terugspuiten naar pistool en bediener
•
gevaarlijke elektrische oplading van het werkstuk
Gevaar
Bij gebruik van een netkabel zonder randaarde is het absoluut vereist om de
besturing via de aardschroef op de achterwand met een aparte aardkabel met de
bedrijfsaarde te verbinden!
Wanneer haken of andere delen van de ophanginrichting niet volledig zijn ontlakt,
kunnen er tussen het werkstuk en de ophanginrichting vonken ontstaan, die
sterke radiofrequente storingen kunnen veroorzaken!
Voorwaarden voor een goede aarding en coating zijn:
•
elektrisch geleidende ophanging van het te coaten werkstuk tot aan de transportinrichting
•
aarding van de poedercabine, transport- en ophanginrichting op locatie met een
kopergeleider van minimaal 16 mm
•
regelmatige reiniging van de ophanginrichting van poederafzettingen
•
een aardweerstand van het werkstuk, die niet hoger is dan 1 MΩ (Megaohm)
3.6
Basisinstellingen uitvoeren op besturing Bravo
Wanneer u de handinstallatie voor de eerste keer inschakelt, dienen eerst de
basisinstellingen te worden uitgevoerd.
Hoe u deze basisinstellingen kunt uitvoeren, wordt beschreven in het onderhoudsdeel van
deze gebruikshandleiding onder
Aanwijzing
De volgende talen kunnen op het display worden geselecteerd: Duits, Engels, Frans,
Italiaans en Spaans.
08/2002
Bravo Inbedrijfstelling
2
aan de bedrijfsaarde
"Service-instellingen op de besturing
• De taal instellen
• Het meetstelsel selecteren
• De wachtwoordbeveiliging voor het tweede niveau
in- c.q. uitschakelen
• De verlichting instellen
• Het contrast instellen
• De fabrieksinstellingen herstellen
• De weergave van storingsmeldingen op de
besturing Bravo inschakelen
19
Bravo" in hoofdstuk 11.
0265850