BRANDSTOFTANK REINIGEN
1.
Water of vuil in de brandstoftank kunnen motorproblemen veroorzaken.
2.
Maak de tank op gezette tijden of na langdurige opslag (langer dan drie maanden) schoon.
In de brandstoftank en op de motor zijn brandstoffilters aangebracht.
1.
Schroef de vier schroeven los, verwijder de behuizing en maak het brandstoffilter schoon.
a
a -
filter: schroef het kniestuk los van de brandstofinlaat en maak het schoon
b -
kniestuk brandstofinlaat
2.
Verwijder het bezinkglas van het brandstoffilter en maak het brandstoffilter bij de motor schoon.
a
b
Zekering vervangen – Elektrisch gestarte modellen met
afstandsbediening
BELANGRIJK: Zorg dat u altijd SFE reservezekeringen van 20 A bij u hebt.
Het elektrische startcircuit is tegen overbelasting beveiligd door een SFE zekering van 20 A. Als de zekering
is doorgebrand, werkt de elektrische startmotor niet. Probeer de oorzaak van de overbelasting op te sporen
en te verhelpen. Als de oorzaak niet wordt verholpen, kan de zekering nogmaals doorbranden. Vervang de
zekering door een zekering met dezelfde ampèrewaarde.
ONDERHOUD
a -
carburateur
b -
bezinkglas brandstoffilter
37710
64
b
37711
nld