Overzicht van configureerbare functies
Functie
Met betrekking tot beveili-
ging
Tab. 25: Configureerbare functies
Opties voor anonimiseren
Bij de installatie van het IMS wordt er een anonimiseringsprofiel geconfigureerd. Dit profiel
bevat regels voor het toepassen van anonimisering op gegevens die worden geëxporteerd
vanuit het IMS en regels voor het anonimiseren van de toegang voor gebruikers met de rol van
'gast', 'student' en 'onderzoeker'.
Als anonimisering wordt toegepast, worden altijd de volgende gegevens geanonimiseerd:
• de naam van de patiënt;
• de patiënt-ID;
• de geboortedatum van de patiënt.
De volgende opties in het anonimiseringsprofiel kunnen worden geconfigureerd:
• studiegegevens anonimiseren;
• barcode anonimiseren;
• scanner- en scangegevens anonimiseren;
• aanvullende beeldgegevens anonimiseren;
• aanvullende bestanden anonimiseren.
De IMS-configuratie bepaalt of er anonimisering wordt toegepast voor een specifieke
exportoptie, zie de tabel voor een overzicht van mogelijk instellingen voor anonimisering.
Exportoptie
Casus(sen) of beeld(en) naar de server exporteren
WSI exporteren (vanaf de pagina Viewer)
Versturen voor consult
Exporteren naar DICOM
Image Management System
Casus(sen) anoniem expor-
teren
Casus/WSI op DICOM-ser-
ver opslaan
Loginvereisten
Aanmaken van gebruikers-
account
1
Beschrijving
De instelling om het objectglasetiket en/of de barcode al
dan niet op te nemen kan worden aangepast.
Met deze functie kunnen casussen en objectglaasjes
worden opgeslagen op een of meer DICOM-servers.
De loginvereisten, bv. de complexiteit van het wacht-
woord, kunnen worden aangepast.
Er kunnen gebruikersgegevens van externe identiteits-
providertoepassingen worden gebruikt om gebruikersac-
counts aan te maken.
Mogelijke instellingen voor anonimisering
• door gebruiker te selecteren
• altijd ingeschakeld
• door gebruiker te selecteren
• altijd ingeschakeld
• altijd ingeschakeld
• altijd uitgeschakeld
• altijd uitgeschakeld
Technische gegevens
81