De arpeggiofunctie gebruiken
Met de arpeggiofunctie kunt u ritmepatronen, riffs en frasen triggeren met de huidige voice. Hiervoor slaat u gewoon
een of meer noten op het toetsenbord aan. In de modus Performance kunt u vier arpeggiotypen toewijzen aan de vier
parts. Dit betekent dat de arpeggiotypen tegelijkertijd kunnen worden afgespeeld. Selecteer de verschillende
performances en beluister de bijbehorende arpeggiotypen.
OPMERKING:
Zie
pagina 7
voor meer informatie over arpeggio.
Een arpeggio afspelen
Omdat aan de vooraf ingestelde performances al eigen arpeggiotypen zijn
toegewezen, kunt u de arpeggio afspelen door de gewenste performance
te selecteren, de knop [ARP ON/OFF] in te schakelen en op een noot te
drukken.
De instructies voor het gebruik van arpeggio zijn feitelijk hetzelfde als voor
de modus Voice
(pagina
32).
Afspelen van arpeggio in- of uitschakelen voor elke part
U kunt de part in- of uitschakelen met de knoppen [PART ARP] 1 – 4 van de
Performance Control-knoppen.
De parameter Arpeggio Hold in- of uitschakelen voor elke part
U kunt de parameter Arpeggio Hold
[HOLD] 1 – 4. Als de parameter Arpeggio Hold is ingesteld op 'on' blijft het afspelen van de arpeggio doorgaan, zelfs
wanneer u de toetsen loslaat.
De knoppen gebruiken
Een van de krachtigste performancefuncties van de S90 XS/S70 XS is de uitgebreide set realtime regelaars, met name
de knoppen. Hiermee kunt u een groot aantal parameters aanpassen voor de huidige performance, zoals effectdiepte,
attack-/release-eigenschappen, de klankkleur en overige parameters. Met deze realtime regelaars kunt u het geluid
tijdens het spelen wijzigen of snel de performance bewerken en aanpassen.
De functie die aan elke knop is toegewezen is van invloed op de part die is geselecteerd met de knop [COMMON] of de
knoppen [PART SELECT] 1 – 4 van de Performance Control-knoppen. U kunt de functie wijzigen met de Knob Function-
knoppen.
Knop [COMMON], knoppen [PART SELECT] 1 – 4
1
Selecteer de functie-instelling die u aan de knoppen wilt toewijzen.
Druk verschillende malen op de Knob Function-knoppen om de functie te selecteren die aan de knoppen is
toegewezen. Elke keer dat u op de knop drukt, licht het lampje respectievelijk en in oplopende volgorde op bij:
TONE, EG, EQ, EFFECT en MIC. De functies die zijn toegewezen aan de knoppen worden gewijzigd op basis van
de status van het lampje.
2
De klankkleur veranderen.
Als u aan de knoppen draait, kunt u diverse aspecten van de voice in realtime aanpassen, terwijl u speelt. Aan knop
1 – 4 zijn dezelfde functies toegewezen als in de modus Voice. Zie
OPMERKING:
Als u op de knop [COMMON] drukt, wordt elke aan de knop toegewezen functie op alle parts toegepast. Als u op een
van de knoppen [PART SELECT] 1 – 4 drukt, zijn de knophandelingen alleen van toepassing op de geselecteerde part.
Houd er rekening mee dat ASSIGN 1/2 en EFFECT of TONE altijd worden toegepast op alle parts.
(pagina
84) in- of uitschakelen voor elke part van de performance met de knoppen
Knob Function-knoppen
Naslaggids
Knoppen [PART ARP] 1 – 4
pagina 29
voor meer informatie.
Referentie
Basisstructuur
Voice
Performance
Multi
SEQ Play
Master
Remote
File
Audio Rec/Play
Utility
Performance
Play
Mixing
Edit Select
Common Edit
Name
Play Mode
Arpeggio
Controller
Filter / EG
EQ
Effect
Parameter
A/D Out
A/D FX
Parameter
Part Edit
Voice
Play Mode
Arpeggio
Arp Edit
Arp 1-5 Type
Filter / EG
3 Band EQ
Rcv Sw
FX Send
Job Select
Recall
Bulk
Copy
Initialize
Supplementary Info.
Appendix
70