Download Print deze pagina

Kampmann KaCool D AF Montage En Installatiehandleiding pagina 31

Advertenties

KaCool D AF –
Primaire luchtaansluiting voor verse lucht toevoer
De KaCool D AF eenheden kunnen van primaire lucht
worden voorzien, doordat via de warmtewisselaar
verse lucht naar de ruimte wordt gevoerd.
De geconditioneerde verse lucht moet worden
gereinigd en een temperatuur van min. 14 °C en max.
25 °C hebben.
Voor de aansluiting wordt een als accessoire
verkrijgbare primaire luchtaansluiting benodigd. Dit
aansluitstuk wordt aan de zijkant van de cassette
gemonteerd. De aansluitdiameter bedraagt 80 mm.
Bouwgrootte 1 – 4: max. twee primaire
luchtaansluitingen met elk 80 m³/h.
Bouwgrootte 5 – 7: één primaire luchtaansluiting max.
120 m³/h.
Externe luchtuitlaat
Om aangrenzende ruimten (bijv. kleedkamers)
te voorzien van geconditioneerde lucht kan een
luchtbuis worden aangesloten op de plafondcassette.
Daartoe dient aan de zijkant van het apparaat een
voorgestanste opening met een diameter van
150 mm te worden vrijgemaakt, waarna bouwzijdig
een fl ens dient te worden bevestigd. Hierop kunnen
een geïsoleerde luchtbuis en uitlaten worden
aangesloten. De desbetreffende luchtuitlaten dienen
met tape te worden afgesloten.
Het is van belang dat het drukverlies ter plaatse
van de uitlaat en de buisleiding zeer laag wordt
gehouden (drukverlies in totaal max. 15 Pa). Hierdoor
kan max. 15% van de totale hoeveelheid lucht in de
plafondcassette worden getransporteerd.
Accessoire externe condensaatpomp art.nr. 325007000410
Behaaglijk gevoel dankzij AtmosFeel
Verse luchtaansluiting, bouwgrootte 1 – 4
Bouwgrootte 1 – 4
Indien de max. opvoerhoogte (600 mm) van de in de cassettes
ingebouwde condensaatpompen niet toereikend is, kan
aanvullend een externe condensaatpomp worden ingezet.
Deze kan naast of aan de cassette worden gemonteerd.
De condensaatslang van de cassette wordt hiertoe in de
opvangbak van de externe pomp gestoken. Verdere technische
gegevens van de pomp vindt u in het blad dat bij de externe
condensaatpomp gevoegd is.
De pomp moet via een aparte toevoerdraad van stroom
worden voorzien.
Het stoormeldingscontact moet mede worden geïntegreerd
in de aansturing van het koelventiel en dit bij storingen
uitschakelen.
Koudwater-klimaatsystemen
Montage- en installatiehandleiding
3.25
31

Advertenties

loading