Startpunten maaien
Beginscherm
[1. Startpunten maaien]
De gazonmaaier rijdt naar deze locatie langs
de begrenzingskabel; hij draait weg van de
begrenzingskabel en begin te maaien. Hiermee
kunt u de gazonmaaier naar een gebied sturen dat
moeilijk bereikbaar is.
TIPS
Maak de afstandswaarde niet groter dan
nodig. Dit levert en optimale maaitijd op.
Stel in of de gazonmaaier
rechtsom of linksom langs de
grensdraad moet rijden om een
startpunt te bereiken.
Stelt de minimale en de
maximale afstand in tussen de
gazonmaaier en de grensdraad
als de grensdraad wordt
gevolgd.
Menuscherm
[2. Tuininstallatie]
J
[1. Punt 1] tot [5. Punt 5]
J
Startpunten m aaien
Punt
/
( 0- 400m)
1
/
0 0 0 m
2
/
0 0 0 m
3
/
0 0 0 m
4
/
0 0 0 m
5
/
0 0 0 m
Startpunten m aaien
Punt
B r eedte
1
3 -
6
2
3 -
6
3
3 -
6
4
3 -
6
5
3 -
6
TEST
( 0 - 1 2)
Gebruik van de gazonmaaier instellen
[1. Auto modus]
J
Selecteer
(Rechtsom) of
1
voer de afstand vanaf het laadstation in
om te beginnen met maaien en voer een
percentage in van de verhouding waarin
de gazonmaaier werkt.
Selecteer [VOLGENDE] en druk op de H
2
wordt gedrukt.
Voer de waarden in van de breedte-
3
instelling en de hoek. Druk daarna op de
H wordt gedrukt.
OPMERKING:
- Door [TEST] te selecteren, kunt u
de instellingen van elk startpunt
selecteren alvorens te gaan maaien.
Raadpleeg voor meer informatie "Test
startpunt" (M pagina 44).
Druk op de toets G om terug te gaan naar
4
het vorige scherm.
Stelt de afstand vanaf het
laadstation tot het beginpunt
voor maaien in.
1/ 2
0 0 0 %
0 0 0 %
0 0 0 %
Stel de verhouding in voor
0 0 0 %
werken in een bepaald gebied
0 0 0 %
als u vaker wilt maaien vanaf
een bepaald startpunt.
VOLGENDE
Stel bij het verlaten van de
grensdraad de minimale en
2/2
maximale hoek in waarmee
Hoek
van de grensdraad moet
5 0 - 1 5 0
worden uitgereden.
5 0 - 1 5 0
5 0 - 1 5 0
5 0 - 1 5 0
5 0 - 1 5 0
( 1 0' - 1 7 0' )
J
(Linksom),
33