Gebruik van de gazonmaaier instellen
Auto modus
U kunt de werking van de gazonmaaier als volgt instellen:
De hoek waarmee moet worden uitgereden vanaf de
grensdraad instellen
Stel bij het verlaten van de begrenzingskabel de hoek
in waarmee van de begrenzingskabel moet worden
uitgereden.
L Hoekinstellingen in [1. Startpunten maaien] (M pagina 33)
- Stel de hoek in voor als de gazonmaaier op de positie
arriveert zoals aangegeven door de hoek van
[1. Startpunten maaien].
De hoeveelheid
overlapping op de
grensdraad instellen
Stel de afstand in die de
gazonmaaier over de
begrenzingskabel mag
rijden.
L [1. Draadoverlapping]
in [4. Geavanceerde
instelling] (M pagina 34)
OPMERKING:
- Om de gazonmaaier
probleemloos een bocht
te laten nemen vanaf
de grensdraad, is de
overlapping van de draad
20 cm.
De waarde instellen om andere gebieden te bereiken via
de smalle doorgang
De gazonmaaier kan met de volgende gebieden andere
gebieden bereiken via smalle doorgangen:
- Configureer de minimumwaarde ("0") voor Smalle
doorgang in Geavanceerde instelling. De gazonmaaier
loopt vlak bij de begrenzingskabel. Dit is effectief voor 5 of
meer smalle doorgangen in de tuin.
- Configureer de afstand van de smalle doorgang vanaf
het laadstation. Als de geconfigureerde smalle doorgang
wordt gepasseerd, volgt de gazonmaaier nauwkeurig
de grensdraad. Dit is effectief voor 4 of minder smalle
doorgangen in de tuin.
L Breedte-instellingen in [1. Startpunten maaien] (M pagina 33)
L [4. Smalle doorgang] in [4. Geavanceerde instelling]
(M pagina 37)
OPMERKING:
- De instelling [4. Smalle doorgang] is om naar het startpunt
te gaan. Als u de instelling voor terugkeren naar het
laadstation wilt configureren, doet u dit in Station-instelling.
Zie voor meer informatie "Station-instelling" (M pagina 41).
OPMERKING:
- Als u de gazonmaaier wilt gebruiken met [Auto modus], zie "De gazonmaaier gebruiken met de Auto modus."
(M pagina 55).
Punt 1
Punt 2
Punt 3
Gebruik van de gazonmaaier instellen
De afstand tot het startpunt instellen
Totdat de gazonmaaier een ingesteld startpunt
in het gebied bereikt, rijdt de maaier zonder te
maaien.
L Afstandsinstellingen in [1. Startpunten maaien]
(M pagina 33)
- Stelt de afstand vanaf het laadstation tot het
beginpunt voor maaien in.
Punt 4
Punt 5
De werkverhouding instellen voor werk in elk
gebied
Stel de verhouding in voor werken in een
bepaald gebied als u vaker wilt maaien vanaf
een bepaald startpunt.
Als u bijvoorbeeld de verhouding voor "Punt 1"
instelt op 30%, begint de gazonmaaier 3 keer
van de 10 met maaien vanaf "Punt 1" en 7 keer
van de 10 vanaf andere startpunten.
L Percentage-instellingen in [1. Startpunten
maaien] (M pagina 33)
OPMERKING:
- U kunt de volgende startpunten configureren
voor elk model:
HRM310: 3 startpunten
HRM520: 5 startpunten
De startrichting
instellen vanaf het
laadstation
Stel in of de
gazonmaaier rechtsom
of linksom langs de
begrenzingskabel moet
rijden om een startpunt
te bereiken.
(Rechtsom) of
L
(Linksom) in
[1. Startpunt maaien]
(M pagina 33)
31