Onderhoud
Veiligheidsvoorschriften
10
Onderhoud
10.1
Veiligheidsvoorschriften
Onderhoud en reparatie
Voorafgaand aan onderhouds- en reparatiewerkzaamheden aan elektrische
installaties van de component moeten de volgende handelingen conform de "5
veiligheidsregels" worden uitgevoerd:
•
•
•
•
•
Bij onderhoud en reparatie gelden de volgende basisprincipes:
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Demontage
Bij de demontage gelden de volgende basisprincipes:
•
80
Vrijschakelen
Beveiligen tegen hernieuwd inschakelen
Spanningsloze toestand vaststellen
Aarden en kortsluiten
Naastgelegen, onder spanning staande onderdelen afdekken of versperren.
De intervallen die in het onderhoudsschema staan vermeld, naleven.
Alleen daartoe gekwalificeerd personeel mag onderhouds- of
reparatiewerkzaamheden aan de component uitvoeren.
De component moet voorafgaand aan onderhouds- of
reparatiewerkzaamheden worden uitgeschakeld en tegen herinschakeling
worden beveiligd. De werkzaamheden mogen pas beginnen wanneer de
resterende energie is verdwenen.
Sluit de toegang af voor onbevoegden. Plaats aanwijzingsborden waarmee
op de onderhouds- of reparatiewerkzaamheden wordt gewezen.
Klim niet op de component. Gebruik geschikt klimmaterieel en geschikte
werkbordessen.
Draag geschikte beschermende kleding.
Voer alleen onderhoudswerkzaamheden uit met geschikt en werkend
gereedschap.
Gebruik bij het vervangen van onderdelen alleen goedgekeurde, storingsvrije
en voor het doel geschikte hefinrichtingen en bevestigingsmiddelen.
Monteer voorafgaand aan de heringebruikname de veiligheidsinrichtingen
weer zoals deze af fabriek waren geïnstalleerd. Controleer aansluitend de
correcte functie van de veiligheidsvoorzieningen.
Gebruik de smeermiddelen alleen op vakkundige wijze.
Controleer de leidingen op goede bevestiging, lekkage en beschadigingen.
Controleer alle noodstopvoorzieningen op de correcte werking.
Alleen personeel met de juiste kwalificaties mag de component demonteren.
430BAL014217NL_5
16.01.2023