6.6.1
Montage op VARIVENT-klep
In dit hoofdstuk wordt beschreven, hoe de stuurkop op de VARIVENT kleppen
met enkele zitting en dubbele zitting (ook met liftaandrijving) wordt gemonteerd.
Daarvan uitgezonderd is de montage op kleppen met dubbele zitting type R,
T_R, M/2.0, M_0(06), MT/T_R(08) met liftaandrijving. Deze montage wordt
vervolgens in het hoofdstuk „Montage op VARIVENT-kleppen met dubbele zitting
met liftaandrijving type R, T_R, M/2.0, M_0(06), MT/T_R(08)" zie Gedeelte 6.6.2,
pagina 57, beschreven.
Afb.29
Voorwaarde:
•
Voer de volgende stappen uit:
1.
2.
3.
4.
5.
430BAL014217NL_5
16.01.2023
De luchtslangen mogen tijdens de montage niet worden geknikt.
Controleren of de schakelstang (1) stevig bevestigd is. Zo nodig met een
steeksleutel SW 13 bij (1.2) vastdraaien, aanhaalmoment 2 Nm.
Regelkop (B) over schakelstang (1) op aandrijving (A.1) aanbrengen.
De klemverbinding (15) en schroeven (39) met een aanhaalmoment van 1
Nm bevestigen.
De pneumatische en elektrische aansluitingen na de kleppenblokconfiguratie
tot stand brengen.
De luchtaansluiting Y1 met een sluitstop (23) afsluiten, omdat de stuurkop
T.VIS M-20 over een interne luchtgeleiding beschikt.
Montage van de stuurkop op verschillende ventielen
Montage en installatie
55