Inhoudsopgave
Advertenties
FUNCTIES EN BEDIENINGSELEMENTEN
Waarschuwingshoorn
Bij modellen met afstandsbediening bevindt de waarschuwingshoorn zich onder het roer.
Bij modellen met stuurknuppel zit de waarschuwingshoorn onder het paneel aan stuurboordzijde.
Akoestisch waarschuwingssysteem
BELANGRIJK: Het akoestisch waarschuwingssysteem meldt de bestuurder dat er zich een probleem
voordoet. Het beschermt de buitenboordmotor niet tegen schade.
Bij de meeste storingen wordt de waarschuwingshoorn geactiveerd. Hoe de waarschuwingshoorn wordt
geactiveerd, hangt af van de ernst van de fout.
Er zijn twee modussen voor de waarschuwingshoorn:
•
Opgelet
•
Ernstig
Een niet-geconfigureerd alarm gaat af als het roer niet correct is geconfigureerd met de CDS G3-servicetool.
OPGELET
Bij een melding "Opgelet" klinkt het akoestisch waarschuwingssysteem zesmaal, met een interval van één
seconde.
ON
1
a
1
OFF
a -
hoorn (aan of uit)
b -
duur (in seconden)
ERNSTIG
Als een kritieke toestand wordt gedetecteerd, klinkt het audiowaarschuwingssysteem gedurende zes
seconden en gaat het vervolgens uit.
ON
a
6
ON
ON
1
1
1
1
OFF
OFF
b
OFF
b
ON
ON
1
1
1
1
OFF
OFF
a -
hoorn (aan of uit)
b -
duur (in seconden)
53403
64
ON
1
OFF
33402
nld
Advertenties
Inhoudsopgave
