Functiebeschrijving
Vorstbeschermingsfunctie collector
Viessmann-collectoren worden gevuld met een warm-
teoverdrachtsmedium van Viessmann. Daarom hoeft
deze functie niet geactiveerd te worden.
Alleen activeren bij gebruik van water als warmteover-
drachtsmedium.
Uitgebreide functies
De uitgebreide functies worden in codeeradres 20
ingesteld.
Extra functie voor de tapwaterverwarming
Met de extra functie voor de tapwaterverwarming (fun-
ctie van de ketelregeling) kan de voorverwarmtrap van
het zonnesysteem tot de instelbare tijden worden ver-
warmd.
Instelling aan de ketelcircuitregeling:
■
2e gewenste tapwatertemperatuur in codeeradres 58
(groep "Warm water") instellen.
■
4. warmwaterfase voor de tapwaterverwarming acti-
veren
Extra functie (in combinatie met de gewenste extra
■
functie) in codeeradres 20 (groep "Zonnesysteem")
instellen
Tweede temperatuurverschilregeling
Codering 20:2 of 20:3 instellen.
Als de door temperatuursensor
peratuur met het ingestelde in-/uitschakeltemperatuur-
verschil (codeeradres 22 en 23) hoger is dan de door
temperatuursensor
geregistreerde temperatuur, is
aÖ
er spanning op uitgang
sS
vraag van een van de aangesloten verwarmingscir-
cuits is.
Temperatuurverschilregeling voor de verwarmingsondersteuning
Codering 20:4 instellen
Als de door temperatuursensor
peratuur met het ingestelde in-/uitschakeltemperatuur-
verschil (codeeradres 22 en 23) hoger is dan de door
temperatuursensor
geregistreerde temperatuur, is
aÖ
er spanning op uitgang
sS
Thermostaatfunctie
Codering 20:5 of 20:6 instellen.
De thermostaatfunctie kan onafhankelijk van de zon-
newerking gebruikt worden.
(vervolg)
geregistreerde tem-
/
. Indien er een warmteaan-
geregistreerde tem-
/
.
Bij een collectortemperatuur onder +5 °C wordt de
zonnecircuitpomp ingeschakeld om collectorschade te
voorkomen. Bij het bereiken van +7 °C wordt de pomp
uitgeschakeld.
Codeeradres 0b in de gaten houden.
Opmerking
Gebruik van de uitgebreide regelingsfunctie enkel vol-
gens het geselecteerde installatievoorbeeld en de
daarin vermelde installatiecomponenten mogelijk.
Opmerking
In codeeradres 56 (groep "Warm water") kan het
instelbereik voor de gewenste tapwatertemperatuur
van 10 tot meer dan 60 °C veranderd worden.
Via de KM-BUS wordt dit signaal aan de zonnerege-
lingsmodule overgebracht. De omlaadpomp wordt
ingeschakeld.
Functiebeschrijving
23