17.3 De buitenunit monteren
17.3.1 De installatiestructuur voorzien
RYMA5+RXYA8~20A7Y1B
VRV 5 warmtepomp
4P749918-1 – 2023.12
NIET toegelaten
Toegelaten
Zorg ervoor dat de unit waterpas staat op een voldoende stevige ondergrond om
trillingen en lawaai te voorkomen.
OPMERKING
▪
Ondersteun NIET alleen de hoeken van de unit wanneer de installatiehoogte
moet worden verhoogd.
▪
Steunen onder de unit moeten minstens 100 mm breed zijn.
OPMERKING
De fundering moet vanaf de vloer minstens 150 mm hoog zijn. In gebieden waar veel
sneeuw valt moet deze hoogte worden verhoogd tot de gemiddeld verwachte
sneeuwhoogte, afhankelijk van de installatieplaats en de omstandigheden.
NIET toegelaten
Toegelaten (* = voorkeurinstallatie)
▪
De voorkeurinstallatie is op een stevige lange fundering (stalen balkframe of
beton). De fundering moet groter zijn dan het in het grijs aangegeven deel.
≥AB
AA
a
Minimumfundering
a Ankerpunt (4×)
HP
5~12
14~20
▪
Maak de unit vast met behulp van vier M12-funderingsbouten. De beste manier
is om de funderingsbouten in te schroeven tot ze nog 20 mm boven het
oppervlak van de fundering uitsteken.
*
(mm)
AA
766
1076
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
17
Installatie van de unit
|
AB
992
1302
89