Snelheidsbegrenzer
De snelheidsbegrenzer reageert op verschillende
manieren, afhankelijk van de configuratie van het
mobiliteitshulpmiddel.
•
De verhoging is voorzien van sensoren die de
snelheid van het mobiliteitshulpmiddel verlagen
zodra de verhoging tot boven een bepaald punt
is verhoogd.
•
Of als de snelheidsbegrenzer is ingeschakeld,
wordt automatisch een verlaagd rijniveau
(gedwongen profiel) ingesteld. Raadpleeg de
handleiding van de bedieningskast voor meer
informatie.
•
Dat gebeurt om de stabiliteit tegen
kantelen van het mobiliteitshulpmiddel te
garanderen en om persoonlijke schade aan het
mobiliteitshulpmiddel te voorkomen.
•
Om de normale snelheid weer toe te passen,
laat u de verhoging zakken tot het geforceerde
profiel of de snelheidsbegrenzer wordt
uitgeschakeld.
•
Als het mobiliteitshulpmiddel is voorzien van
kinbediening, reageert het anders op het
geforceerde profiel. Raadpleeg de handleiding
bij de kinbediening voor meer informatie.
1585063-H
LET OP!
Risico op kantelen als de sensoren van de
snelheidsbegrenzer uitvallen als de verhoging
wordt verhoogd
– Als de snelheidsbegrenzingsfunctie niet werkt
als de verhoging is verhoogd, mag u hier niet
mee rijden en moet u onmiddellijk contact
opnemen met een erkende Invacare-leverancier.
Limietschakelaar
•
Als de verhoging tot boven een bepaald punt is
gebracht, kunt u de zit- en rughoek aanpassen;
deze hoeken samen mogen in totaal maximaal
15° bedragen om veilig rijgedrag te garanderen.
Bij de installatie is volledige aanpassing van
kantelen en rugleuning mogelijk wanneer
de verhoging laag staat. Als de kantel- en
rughoek groter is dan 15° (bv. 10° kantelen en
10° rugleuning), wordt de verhogingsfunctie
uitgeschakeld.
Productoverzicht
27