Beschrijving
Digisystem, Gebruik van de signaalgenerator
Actief traceren is een term die regelmatig wordt gebruikt als een signaalgenerator wordt
toegepast om een signaal aan een leiding toe te voeren om deze te kunnen traceren. Het
gebruik van een signaalgenerator verbetert de detectie van leidingen sterk, vooral voor
leidingen die zelf geen signaal of stroom voeren.
Het signaal van de signaalgenerator kan op twee manieren worden toegevoerd aan de
leiding:
• Inductiemodus (8 kHz of 33 kHz):
Inductie is een snelle en eenvoudige manier om een signaal op een leiding te zetten,
zonder een fysieke verbinding te hoeven maken. De signaalgenerator gebruikt een
inwendige antenne om het signaal uit te zenden. Hierdoor dient er rekening mee te
worden gehouden, dat het signaal ook kan worden opgenomen door andere leidingen
dicht in de buurt van de signaalgenerator.
• Verbindingsmodus (8 kHz, 33 kHz, gecombineerd 8 en 33 kHz, aanvullend 512 Hz of
640 Hz voor xf-signaalgeneratoren):
Dit is de meest efficiënte manier om een signaal toe te voeren aan een leiding en dient
bij voorkeur te worden toegepast. De kabelset van de signaalgenerator of een van de
andere beschikbare accessoires wordt aangesloten op de leiding die moet worden getra-
ceerd of geïdentificeerd.
43