Langdurige opslag (langer dan 90 dagen)
WAARSCHUWING
Benzine is zeer ontvlambaar en explosief.
U kunt brandwonden oplopen of ernstig gewond raken bij het
omgaan met brandstof.
•
Stop de motor en houd hitte, vonken en vlammen uit de
buurt.
•
Werk alleen buiten met brandstof.
•
Veeg gemorste brandstof direct op.
1. Laat de brandstof uit de brandstoftank in een geschikte container
leeg lopen (zie bladzijde 12).
2. Start de motor en laat hem lopen totdat de motor stopt.
De Beperkte Garantie van de Distributeur dekt geen schade aan het
brandstofsysteem of problemen met de prestatie van de motor ten
gevolge van nalatigheid bij het voorbereiden voor opslag.
Motorolie
Ververs de motorolie (bladzijde 9).
Carburateur & luchtreiniger
Reinig het luchtfilter (bladzijde 10) en beweeg de chokehendel naar
de GESLOTEN (CLOSED) (
Motorcilinder
Verwijder de bougie (bladzijde 10). Giet 1 ~ 3 cc schone motorolie in
de cilinder. Trek verschillende malen aan het trekstarterkoord om de
olie in de cilinder te verdelen. Plaats de bougie terug. Trek langzaam
aan de trekstarter totdat u weerstand voelt en laat dan de handgreep
langzaam terugveren. Dit sluit de kleppen zodat er geen vocht naar
binnen kan komen.
VOORZORGSMAATREGELEN OPSLAG
Als uw tuinfrees wordt opgeslagen met benzine in de brandstoftank
en carburateur, is het van belang dat het risico op
benzinedampontbranding te verminderen. Kies een goed
geventileerde opslagruimte uit de buurt van apparaten die werken met
een vlam zoals ovens, waterkokers, of wasdrogers. Vermijd tevens
plaatsen met een elektrische motor die vonken produceert of plaatsen
waar er elektrische gereedschappen worden gebruikt.
Vermijd indien mogelijk tevens opslagruimten waar de
luchtvochtigheid hoog is; deze bevordert roest en corrosie.
Als de motor en het uitlaatsysteem eenmaal koel zijn kunt u de
tuinfrees afdekken om hem stofvrij te houden. Een hete motor en heet
uitlaatsysteem kunnen sommige materialen doen ontbranden of
smelten. Gebruik geen plastic zeil als stofhoes. Een niet-poreuze
afdekking houdt vocht vast wat roest en corrosie bevordert.
UIT DE OPSLAG HALEN
Controleer uw tuinfrees zoals dit staat beschreven in het hoofdstuk
VÓÓR IN BEDRIJFSTELLING van deze handleiding (zie pagina 5).
Vul de tank met verse benzine als de brandstof werd afgetapt tijdens
de voorbereiding voor opslag. Als u een fles/blik benzine bewaart om
brandstof bij te vullen, zorg dan dat hier alleen verse benzine in zit.
Benzine oxideert en verslechtert na verloop van tijd, waardoor het
starten moeilijk wordt.
Als de cilinder met olie gecoat werd tijdens de voorbereiding voor
opslag, geeft de motor even rook af bij het starten. Dit is normaal.
14
) stand.
ZORGEN VOOR
ONVERWACHTE PROBLEMEN
Motor start niet
Mogelijke oorzaak
Contactschakelaar UIT (OFF).
Chokehefboom niet in de stand
GESLOTEN (CLOSED) ()
(koude motor).
Brandstof op.
Slechte brandstof; tuinfrees
opgeslagen zonder behandeling
van of aftappen van benzine, of
opnieuw gevuld met slechte
benzine.
Bougie defect, vervuild of heeft
opening.
Brandstoffilter verstopt, defecte
carburateur, defecte ontsteking,
vastzittende kleppen enz.
Weinig kracht of de motorsnelheid wil niet omhoog
gaan
Mogelijke oorzaak
Luchtfilter vuil of belemmerd.
Brandstoffilter vuil of belemmerd.
Gasklepkabel niet goed
afgesteld, gebroken of gebogen.
Tanden van tuinfrees (of hulpmiddel) stoppen niet
met draaien als gasklep in stand LANGZAAM (SLOW)
staat
Mogelijke oorzaak
Defecte gasklepregeling of
-kabel; gasklepkabel niet goed
afgesteld of gebogen
Stationaire snelheid is te hoog.
Koppelingveren versleten of
koppelingsysteem defect.
NEDERLANDS
Correctie
Draai de motorschakelaar AAN
(ON) (bladzijde 5).
Beweeg de hefboom naar de
stand GESLOTEN (CLOSED) ()
(bladzijde 5).
Voeg brandstof toe en druk op de
voedingsbol om de carburateur te
vullen (bladzijde 5).
Laat de brandstoftank leeglopen.
Opnieuw voltanken met verse
benzine (bladzijde 15).
Zet de opening of vervang de
bladzijde 10
bougie (
).
Laat, waar nodig, een erkende
Honda onderhoudsdealer de
defecte componenten vervangen
of repareren.
Correctie
Controleer, reinig of vervang het
bladzijde 10
luchtfilter (
).
Controleer, reinig of vervang het
brandstoffilter (bladzijde 11).
Zonodig de kabel bijstellen of
vervangen (bladzijde 10).
Correctie
Controleer de onderdelen van de
gasklepregeling, kabel zonodig
bijstellen of vervangen
(bladzijde 10).
Laat een erkende Honda
onderhoudsdealer de stationaire
snelheid bijstellen.
Laat een erkende Honda
onderhoudsdealer de
koppelingveren vervangen of
vervang of repareer andere
onderdelen van het
koppelingsysteem.