DE LEIDINGEN EN KOUDEMIDDELLEIDING LEGGEN
Beperkingen voor een combinatie van 4 units
1 Voor een combinatie van 4 buitenunits, combineer de
buitenunits van de grootste naar de kleinste vermogen
als A > B > C > D. De buitenunits "A" en "B" moeten
worden aangesloten op de leidingverbindingenkit 2 en de
buitenunit "C" en "D" moeten worden aangesloten op de
A
Richting van
leidinguitlaat
Buitenunit
A
Kant van
binnenunit
Leidingverbindingenkit 2
(*)
(*)
La
Leidingverbindingenkit 1
De installatie van de koudemiddelleiding
tussen de buitenunits
Om de koelmiddelleidingen aan te leggen, moet de optionele
leidingaansluitingskit worden aangelegd om de leiding tussen
buitenunits af te takken.
Tijdens de voorbereiding van de leidings- en installatiewerken,
moet de opstelling van de buitenunits worden bepaald op basis
van de richting van de leidingen. Bij het installeren van de
buitenunit, moet rekening worden gehouden met de volgende
beperkingen.
1 Bewaar een directe afstand van 500 mm of meer na de
leidingsaansluitkit 1.
Combinatie van 2 en 3 units
•
Buiten-
unit
A
Kant van binnenunit
Leidingverbindingenkit 1
Buitenunit
A
Bewaar een directe
afstand van 500 mm of
meer na de aansluitkit 1.
Kant van
binnenunit
Leidingverbindingenkit 1
341
PMML0479 rev.5 - 05/2019
>
>
>
B
C
Buitenunit
Buitenunit
Buitenunit
B
C
(*)
Lb
Lc
Leidingverbindingenkit 3
(*): Bewaar een directe afstand van 500 mm of meer na de aansluitkit 1.
Buiten-
Buiten-
unit
unit
B
C
L
L
L
A
B
C
Leidingverbindingenkit 2
Stroomopwaart-
Buitenunit
se kant
Buitenunit
C
B
hoogteverschil
tussen
buitenunits is
100 mm.
Leidingverbindingenkit 2
leidingverbindingenkit 3.
2 Leidinglengte tussen aansluitkit 1 en elke buitenunit zou
moeten zikn La < Lb < Lc < Ld < 10 m.
3 Voor onderhoud bevestigt u het label van het hoofdunit aan
de servicedeksel (achterzijde) van de buitenunit "A".
<
D
D
C
Buitenunit
Buitenunit
D
D
C
(*)
Ld
Lc
Ld
Leidingverbindingenkit 3
Combinatie van 4 units
•
Kant van binnenunit
Leiding-
verbinding-
Leidingverbindingenkit
enkit
1
Bewaar een directe
afstand van 500 mm of
meer na de aansluitkit
1.
Kant van binnenunit
Leidingverbindingenkit 1
2 Plaats de leidingaansluitkit lager dan de leidingaansluiting
Max.
van de buitenunit.
Als de leidingaansluitkit hoger dan de leidingaansluiting
van de buitenunit moet worden geplaatst, bewaar dan een
afstand van (max.) 300 mm tussen de leidingaansluitkit en
de onderkant van de buitenunit. Voorzie ook een oliehevel
(min. 200 mm) tussen de leidingaansluitkit en de buitenunit.
<
<
A
B
Richting van
leidinguitlaat
Buitenunit
Buitenunit
B
A
Kant van
binnenunit
Leidingverbindingenkit 2
(*)
La
Lb
Buitenunit
Buitenunit
Buitenunit
Buitenunit
A
B
C
L
L
L
A
B
C
Leidingverbindingenkit
2
Buitenunit
Buitenunit
Buitenunit
C
A
B
Leidingverbindingenkit 2
Leidingverbindingenkit 3
(*)
Leidingverbindingenkit 1
D
L
D
3
Stroomopwaartse kant
Buitenunit
D
Max.
hoogteverschil
tussen
buitenunits is
100 mm.