Originele handleiding NL
Opsporen van storingen
Vastgestelde storing
❑
De pomp draait niet of blijft
gelijk weer stilstaan.
❑
Geen zuigcapaciteit.
❑
De pomp maakt lawaai.
❑
De pomp is geblokkeerd
of de drijfstang beweegt
moeilijk.
AANWIJZING
Het document mag alleen compleet en ongewijzigd gebruikt en doorgegeven worden. De gebruiker heeft de verantwoordelijkheid
te controleren of dit document geldig is voor zijn product.
Pagina 40 van 68
Mogelijke oorzaak
➨
Ontbreekt de voedingsspanning
of is deze te laag?
➨
Alleen VARIO-SP-versie:
Stuursignaal voor motortoerental
ontbreekt?
➨
Overdruk in de leiding voor af te
voeren gas?
➨
Is de motor overbelast?
➨
Alleen C/US-versie:
Motorzekering defect?
➨
Lek in de leiding of recipiënt?
➨
Lange, dunne vacuümleiding?
➨
Condens in de pomp?
➨
Afzettingen in de pomp?
➨
Membraan of ventielen defect?
➨
Gasafgifte van de gebruikte
substanties, dampontwikkeling in
het proces?
➨
Alleen VARIO-SP-versie:
Pomp te heet (toerental vermin-
deren)?
➨
Aanzuigen bij atmosferische
druk?
➨
Is de membraanschijf los?
➨
Kunnen bovenstaande oorzaken
worden uitgesloten?
Op aanvraag sturen wij uw een reparatiehandleiding (alleen in het Duits en Engels
beschikbaar), die overzichtstekeningen, reserveonderdelenlijsten en algemene re-
paratieaanwijzingen bevat.
☞ De reparatiehandleiding is bedoeld voor opgeleide vakmensen.
Storing verhelpen
✔
De voedingsspanning controle-
ren c.q. aansluiten. De hoofdze-
kering controleren.
✔
Stuursignaal controleren.
✔
De leiding voor af te voeren gas
openen
✔
De motor af laten koelen, de
juiste oorzaak bepalen en ver-
helpen. Kan alleen handmatig
worden teruggezet. De pomp
uitschakelen of de stekker uit
het stopcontact trekken.
✔
Zekering controleren en, indien
nodig, vervangen. De oorzaak
van het defect opsporen en
verhelpen.
✔
De pomp onmiddellijk con-
troleren - het meetinstrument
rechtstreeks op de pompinlaat
aansluiten - dan evt. de aan-
sluiting, leiding en recipiënt
controleren.
✔
Leidingen met een grotere door-
snede gebruiken.
✔
De pomp enkele minuten met
een open inlaat laten draaien.
✔
De pompkoppen reinigen en
controleren.
✔
Membraan en/of ventielen ver-
vangen.
✔
De procesparameters controle-
ren.
✔
Zorg voor voldoende koeling of
verlaag de zuigdruk.
✔
Slang of geluiddemper op de
afvoer monteren.
✔
Onderhoud van de membraan-
pomp.
✔
De pomp ter reparatie opsturen.
✔
De pomp ter reparatie opsturen.