Koelkast bedienen
7.2
Tips om energie te besparen
• Kies een goed geventileerde en tegen zonnestralen beschermde plaats.
• Laat warme levensmiddelen afkoelen, alvorens deze in de koelkast koel te hou-
den.
• Open de koelkast niet vaker dan nodig.
• Laat de deuren niet langer openstaan dan nodig.
• Ontdooi de koelkast zodra er zich een ijslaag gevormd heeft.
• Vermijd een onnodig lage binnentemperatuur.
• Plaats levensmiddelen zodanig dat de lucht in de koelkast kan circuleren.
• Laat ongeveer 10 mm afstand tussen de koellading en de naverdamper.
7.3
Koelkast inschakelen
➤ Controleer of de gastoevoer is ingeschakeld (alleen bij gebruik van bedrijf op
gas).
➤ Houd de toets
✓ De koelkast start met de laatst gekozen energiesoort.
Gebruik met wisselstroom
➤ Druk op de toets
Gebruik met gelijkstroom
I
INSTRUCTIE
Kies uitsluitend voor het gebruik met gelijkstroom (gebruik op batte-
rijen) als de voertuigmotor draait en de dynamo voldoende spanning
levert of als u een accumonitor gebruikt.
➤ Druk op de toets
Zelfvoorzienend bedrijf op gas (optioneel, alleen RMD85x1 en RMD85x5)
Als de voertuiginterne 12 V gelijkstroomvoeding ontbreekt of er een onderbreking
van de spanningsvoorziening optreedt tijdens het bedrijf, wisselt de elektronica
automatisch naar de toestelinterne accuspanning (indien batterijen zijn ingelegd).
De koelkast kan nu alleen in gasmodus worden gebruikt.
112
twee seconden lang ingedrukt.
.
.
RMD8xxx
NL