q Gecombineerd gebruik met de indirecte-flitsadapter
Wanneer de indirecte-flitsadapter is aangesloten of als de indirecte-
flitsadapter tegelijk met de groothoekadapter wordt gebruikt, kan dit tot
onderbelichting leiden, aangezien het flitsvermogen afneemt. Neem de
noodzakelijke tegenmaatregelen, zoals het verhogen van de ISO-
snelheid op de camera of het compenseren van de flitsbelichting (p. 30).
Omdat bij gebruik van de indirecte-flitsadapter het flitsrichtgetal wordt
verlaagd, kunt u mogelijk niet scherpstellen met behulp van het AF-
hulplicht dat bestaat uit een serie kleine flitsen. Het wordt aanbevolen het
infrarode AF-hulplicht te gebruiken (P.Fn-04-0, p. 89).
Wanneer de snelle flits (p. 21) wordt geactiveerd terwijl de indirecte-
flitsadapter aangesloten is, raden we u aan de foto te nemen als het
gereed-lampje rood is, aangezien het flitsvermogen anders onvoldoende
kan zijn.
De flitsdekking wordt automatisch ingesteld wanneer de indirecte-
flitsadapter is aangesloten. U kunt deze instelling niet wijzigen.
Als u de indirecte-flitsadapter aansluit op de flitser bij gebruik van een
EOS DIGITAL-camera uit 2004 of eerder, stelt u de witbalans in op
<A>. Als u fotografeert met <Q>, wordt de juiste witbalans mogelijk
niet bereikt.
Het flitslicht wordt nog zachter als u samen met de indirecte-flitsadapter
(p. 35) ook de groothoekadapter gebruikt.
Als het onderwerp op de foto donker (onderbelicht) is, gebruikt u
flitsbelichtingscompensatie (p. 30). U kunt bij gebruik van een digitale
camera ook de ISO-snelheid verhogen.
Bij automatische en halfautomatische AI.B-opnamen kunt u met de knop
<z> de reflectiehoek in de Speedlite opslaan (registreren), zelfs als
de indirecte-flitsadapter is bevestigd.
64