De maaier opbergen
Als u de maaier in de berging zet terwijl er benzine in de tank en de
carburateur zit, is het belangrijk te voorkomen dat benzinedampen kunnen
ontbranden. Kies een goed geventileerde bergplaats waar geen apparaten
staan die met een vlam werken, zoals een verwarmingsketel, waterverwarmer
of wasdroger. Vermijd ook elk gebied met een elektrische motor die vonken
produceert, of waar elektrisch gereedschap wordt gebruikt.
Vermijd zo mogelijk een bergplaats met een hoge luchtvochtigheid
waardoor roest en corrosie kunnen optreden.
Zet de maaier altijd met zijn wielen op een horizontaal vlak. Als hij scheef
staat kan er benzine of olie uit lekken.
Om ruimte te besparen kunt u de stuurboom neerklappen (page 20).
Als de motor en de uitlaat zijn afgekoeld dekt u de maaier af tegen stof. Als
de motor en de uitlaat heet zijn, kunnen sommige materialen smelten of
vlam vatten. Gebruik geen plastic als afdekking. Onder een niet-poreuze
afdekking kan zich vocht ophopen waardoor roest en corrosie sneller
kunnen optreden.
Uit de berging halen
Controleer uw maaier zoals beschreven in VOORDAT U GAAT MAAIEN
(page 4).
Als u olie in de cilinder heeft gegoten alvorens de maaier op te bergen, zal
de motor na het starten even roken. Dat is normaal.
TRANSPORT
Alvorens in te laden
Als de motor heeft gedraaid, laat u hem ten minste
15 minuten afkoelen voordat u de maaier in de auto of op een aanhanger
laadt. Aan een hete motor en uitlaat kunt u zich verbanden en ander
materiaal kan vlam vatten.
Draai de brandstofkraan [1] DICHT. Dat zal verzuipen van de carburateur
voorkomen en de kans op brandstoflekkage reduceren.
Stuurboom neerklappen
1. Verwijder de grasvangzak. Deze kunt u met de opening naar voren
bovenop de motor leggen.
HYEA-type, HZEA-type:
2. Draai de afstelknoppen van de stuurboom [1] 90 graden naar de
ontgrendelde stand.
3. Klap de stuurboom [2] over de maaier.
Wanneer u de stuurboom omklapt, moet u er op letten dat de kabels
daarbij niet geknikt of afgeknepen worden.
[2]
20 NL
VKEA-type:
2. Ontgrendel de afstelknoppen van de stuurboom [3].
3. Trek aan de vliegwielremhendel [4] en houd deze vast.
4. Zwaai de stuurboom naar voren [5]. Let erop dat de kabels niet geknikt
of afgeknepen worden. Zorg ervoor dat de mesbedieningshendel
voorbij de motor komt wanneer u de stuurboom neerklapt.
Wanneer u de stuurboom uitklapt, moet u ervoor zorgen dat u de
afstelknoppen vergrendelt om de stuurboom in de maaistand vast te
zetten.
C11
C18
VYEA-type:
VEILIGHEID
2. Draai de afstelknoppen van de stuurboom [6] 90 graden naar de
ontgrendelde stand.
3. Klap de stuurboom [7] over de maaier. Zorg ervoor dat de
mesbedieningshendel voorbij de motor komt wanneer u de
stuurboom neerklapt.
Wanneer u de stuurboom omklapt, moet u er op letten dat de kabels
daarbij niet geknikt of afgeknepen worden.
DICHT
[1]
OPMERKING
Zorg ervoor dat de bedieningskabels niet beklemd, afgeknepen of geknikt
raken wanneer u de stuurboom in de opbergstand klapt. De kabels of het
motorbesturingssysteem kunnen beschadigd raken, waardoor de
gazonmaaier niet meer goed werkt.
[1]
[5]
[7]
[4]
[3]
[6]