Elektrische aansluitingen
Elektrische aansluiting van de interne eenheid
De doorsnede en de lengte van de
kabels moeten afgemeten worden in
overeenstemming met de stroomsterk-
te die aangegeven is op het typeplaatje
van de interne eenheid.
230V-aansluitingen
OUT
OUT
HV
AUX2
AUX1
IN1
230 V N
L
M2 Klemmenblok 230V
Referentie
OUT-AUX 1 / 2
Hulpuitgang, contact met vrij potentiaal. Selecteer de wer-
/ 3 / 4
kingsmodus via de parameters 1.2.0/ 1.2.1 / 1.2.2 / 1.3.3.
230V ingang 1
Ingang met 230V. Selecteer de werkingsmodus via parameter
230V ingang 2
Ingang met 230V. Selecteer de werkingsmodus via parameter
PM AUX
V1
Aansluiting omschakelklep voor het tapwatercircuit.
V2
Aansluiting omschakelklep voor het koelcircuit.
56 / NL
Nadat de aansluitingen tus-
a
sen de interne en externe
eenheid zijn uitgevoerd,
plaatst u de beide panelen
van de respectieve schakel-
borden terug.
HV
OUT
OUT
PM AUX
V1
IN2
AUX4
AUX3
⏚
N
L
LC N LO
Omschrijving
1.1.0.
1.1.1.
Aansluiting hulppomp.
a
V2
LC N LO
Afb. 65
Houd de voedingskabels en
de signaalkabels altijd ge-
scheiden.