Hydraulische aansluitingen
Hydraulische aansluitingen interne eenheid
- ENERGION ODM 120 T - - ENERGION ODM 150 T
KPa
90
80
70
60
50
40
30
20
10
0
0
500
Drukverlies van de interne eenheid
KPa
90
80
70
60
50
40
30
20
10
0
0
500
KENMERKEN VAN HET AANVOER-
WATER
Zorg dat het systeem wordt gevoed
met water met een hardheid tussen de
8°F en 15°F en een geleiding van min-
der dan 500μS/cm.
In gebieden met zeer hard water moet
er een waterontharder geïnstalleerd
worden.
In het geval van vullen met agressief
water (de pH moet tussen de 6,6 en 8,5
worden gehouden), ijzerhoudend of
hard water, moet gezuiverd water wor-
den gebruikt om vervuiling, corrosie en
schade aan het apparaat te voorkomen.
Zelfs een kleine hoeveelheid onzuiver-
heden in het water kan de prestaties
van het systeem.
1000
1500
2000
2500
1000
1500
2000
2500
Het gebruikte vulwater moet in geval
van installaties met een grote capaciteit
(grote hoeveelheden water) of in geval
van frequent bijvullen van water abso-
luut gezuiverd worden om het vloei-
stofniveau in de installatie constant te
houden. Als de installatie gereinigd
moet worden, vul deze na reiniging dan
volledig met gezuiverd water.
3000
l/h
Afb. 47
Er kan een aanvullende circulatiepomp
worden geïnstalleerd als de meegele-
verde pomp niet krachtig genoeg is.
Raadpleeg voor de elektrische aanslui-
ting de paragraaf "Elektrische aansluitin-
gen".
a
3000
l/h
Afb. 48
Glycol heeft een negatieve invloed op
de prestaties van het apparaat en wordt
daarom sterk afgeraden. Bij gebruik van
glycol is ATAG niet aansprakelijk voor ef-
ficiëntieverlies van het systeem en advi-
seren wij u om een correcte dosering en
onderhoud te gebruiken.
Bij installatie van thermo-
staakleppen of zoneklep-
pen op alle aansluitingen,
moet er een by-pass geïn-
stalleerd worden om het
minimumdebiet te garan-
deren. Raadpleeg de tabel
in de paragraaf "Nominaal
debiet en minimumdebiet".
39 / NL