8. Water
Doe nooit antivriesmiddel of andere chemicaliën in het
waterleidingsysteem. Gevaar voor vergiftiging! Zorg er
bij gebruik tijdens de winter voor dat de drinkwatertank
niet kan bevriezen.
Boiler aanzetten gebruiken
• Al naar gelang de stand van de mengkraan/kranen resp. de
voormengkraan wordt het water gemengd en op de ingestelde
temperatuur gebracht.
Warmwaterverwarming
• Schakel de boiler in via het bedieningspaneel. De watertem-
peratuur wordt door middel van een thermostaat via de 230V-
stroomvoorziening op 55ºC gebracht.
• De inhoud van de boiler bedraagt ca. 5 liter.
• Bij de warmeluchtfunctie wordt het water in de boiler tevens,
bij de functie 'Autark' uitsluitend door de circulerende lucht van
de verwarming verwarmd.
Voor de boiler geldt
• Schakel het apparaat op het bedieningspaneel uit als de cara-
van niet wordt gebruikt.
• Bij vorstgevaar de boiler ledigen. Bevroren water kan de boiler
doen barsten!
• Bij aansluiting op een centrale watervoorziening of bij krachti-
ger pompen moet een reduceer-afsluiter geïnstalleerd worden.
In de boiler mag slechts een druk heersen van maximaal 1,2
bar. Tevens moet een veiligheids-/aflaatventiel in de koudwa-
tertoevoerleiding worden geplaatst.
Sluit de boiler nooit zonder water aan op het stroom-
net.
Raadpleeg a.u.b. ook de gebruiksaanwijzing van de
fabrikant.
80