Inhoudsopgave
Advertenties
6.2
Het instrument reinigen
Over deze paragraaf
In deze paragraaf wordt beschreven hoe het instrument moet worden schoonge-
maakt.
Algemene reiniging
Reinig het instrument met een vochtige doek met een geschikt desinfectiemiddel, dat
de markeringen of tekens of de veiligheid van het instrument niet aantast.
Om de oppervlakken van het instrument te reinigen, kunnen ook ethanol (tot 20% als
ontsmettingsmiddel) en een pluisvrije doek gebruikt worden.
Schakel het instrument uit en koppel het netsnoer los alvorens het reinigingsproces te
starten.
Reinigen n.a.v. gemorste vloeistoffen
In geval van gemorste vloeistof(fen) kan het instrument, de slanghouders en de
klemmen gereinigd worden d.m.v. milde reinigingsmiddelen, afhankelijk van de aard
van de gebruikte proceschemicaliën/biologische stoffen.
Stap
1
2
3
ReadyToProcess STF – Dry Gebruiksaanwijzing 29724820 AA
Actie
Schakel het instrument uit en koppel het snoer los alvorens het reinigings-
proces te starten.
Ontgrendel de slanghouders, open de houders en draai ze 90 graden om de
slangen te verwijderen.
Opmerking:
Verwijder niet de externe klemmen op de gelaste slangen voordat u zeker
weet dat de las goed is. Zie
pagina
44.
Verwijder de slanghouders van het instrument. Gebruik voor het reinigen
een geschikt reinigingsmiddel en een pluisvrije doek.
Paragraaf 5.2.3 Laskwaliteit inspecteren, op
6 Onderhoud
6.2 Het instrument reinigen
49
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
