4.
Als u de scaninstellingen wilt configureren:
Raak
●
Raak
●
5.
Raak
Scannen
De scansoftware gebruiken (Windows)
In de volgende onderwerpen wordt beschreven hoe u de scansoftware gebruikt.
Werken met scansnelkoppelingen
Met scansnelkoppelingen kunt u snel en gemakkelijk de instellingen selecteren voor scantaken die u vaak
uitvoert. Met HP Scan-software kunt u de snelkoppelingen maken en wijzigen.
Scansnelkoppelingen weergeven
Open HP Scan om huidige scansnelkoppelingen te bekijken. Huidige scansnelkoppelingen worden in een lijst aan
de linkerkant weergegeven.
Scansnelkoppelingen maken
Voer de volgende stappen uit om een scansnelkoppeling te maken:
1.
Open de HP Scan-software.
2.
Klik op Nieuwe scansnelkoppeling maken.
3.
Voer een naam voor de nieuwe snelkoppeling in.
4.
U kunt ervoor kiezen om de nieuwe snelkoppeling te creëren uit huidige instellingen of een al bestaande
snelkoppeling.
5.
Klik op Aanmaken.
6.
Wijzig de instellingen voor de nieuwe scansnelkoppeling. Klik op Meer voor meer instellingen.
7.
Klik op het pictogram Opslaan bij de naam van de nieuwe snelkoppeling in de lijst met snelkoppelingen om
de wijzigingen in de snelkoppeling op te slaan, of klik op het pictogram Ongedaan maken om de wijzigingen
ongedaan te maken.
Snelkoppelingen wijzigen
Voer de volgende stappen uit om een scansnelkoppeling te wijzigen:
1.
Open de HP Scan-software.
2.
Selecteer de te wijzigen snelkoppeling in de lijst aan de linkerkant.
3.
Wijzig instellingen aan de rechterkant van het scherm. Klik op Meer voor meer instellingen.
4.
Klik op het pictogram Opslaan rechts van de naam van de snelkoppeling om de gewijzigde instellingen op te
slaan.
Opties
aan om bestandstype, resolutie, kleur of andere geavanceerde instellingen te wijzigen.
Zijden
aan om te schakelen tussen enkelzijdige en dubbelzijdige instellingen.
aan.
De scansoftware gebruiken (Windows)
31