1
2
3
Zuigleiding met geleidelijke opwaartse hellinghoek richting pomp
Voorbeeld:
Pos.
Beschrijving
1
Zuig- en persopening
2
Wartelmoer
3
Leidingfitting
5.2.1 Zuig- en persleidingen
Tref deze algemene voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van
de zuig- en persleidingen.
Laat de pomp niet ondersteunen door de leidingen.
Gebruik leidinghangers of andere steunen op geschikte
tussenafstanden om de leidingen in de buurt van de pomp
te ondersteunen.
De binnendiameter van de leidingen mag nooit kleiner zijn
dan de diameter van de pompopeningen.
•
Installeer de leidingen zodanig dat luchtbellen worden
vermeden, vooral aan de aanvoerkant van de pomp.
•
Gebruik excentrische verloopstukken met de tapse zijde naar
beneden.
•
Zorg dat de leidingen zo recht mogelijk zijn om onnodige
bochten en aansluitingen te vermijden. Wij adviseren 90°
leidingbochten met lange radius om het weerstandsverlies te
verminderen.
•
Leid de zuigleiding zou direct mogelijk en zorg er idealiter voor
dat de lengte ten minste tienmaal de leidingdiameter bedraagt.
•
Zorg dat de zuigleiding zo mogelijk horizontaal loopt. We
adviseren een geleidelijke opwaartse hellinghoek voor pompen
die werken met een grote opvoerhoogte.
•
Een korte leiding moet dezelfde diameter hebben als de
zuigopening of moet een grotere diameter hebben.
•
Een lange leiding moet een of twee maten groter zijn dan de
zuigopening, afhankelijk van de lengte.
Aanbevolen leidinginstallatie om weerstand en luchtbellen te
vermijden.
Correcte dimensionering van leidingen voor aansluiting op zuig- of
persopening van de pomp
5.2.2 Maximaal aftappunt
We adviseren u de unit zodanig te installeren dat de hoogte tussen
de unit en het hoogste aftappunt de waarden in onderstaande tabel
niet overschrijdt.
H
Maximaal aftappunt
Model
Maximale hoogte [m]
3-25
3-35
3-45
5-25
5-55
Als het hoogste aftappunt hoger ligt dan de waarden in deze tabel,
kan de externe ingang worden gebruikt.
Gerelateerde informatie
9.2.1 Externe ingang
10
15
20
10
25
407