Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Dell Latitude D531 Gebruikshandleiding pagina 156

Inhoudsopgave

Advertenties

EIDE — enhanced integrated device electronics
(verbeterde geïntegreerde apparaatelektronica) — Een
verbeterde versie van de IDE-interface voor vaste schijven
en cd-stations.
EMI — elektromagnetische storing — Elektrische storing
veroorzaakt door elektromagnetische straling.
ENERGY STAR — Vereisten van het Environmental
Protection Agency (Amerikaanse instantie voor
milieubescherming) die de totale consumptie van
elektriciteit vermindert.
EPP — enhanced parallel port (verbeterde parallelle
poort) — Een parallel connectorontwerp dat
bidirectionele gegevensoverdracht biedt.
ESD — electrostatic discharge (elektrostatische
ontlading) — Een snelle ontlading van statische
elektriciteit. ESD kan geïntegreerde circuits in computer-
en communicatieapparatuur beschadigen.
ExpressCard — Een verwijderbare I/O-kaart die voldoet
aan de PCMCIA-standaard. Modems en netwerkadapters
zijn veelvoorkomende ExpressCards. ExpressCards
ondersteunen zowel de PCI Express- als de USB 2.0-
standaard.
Express-servicecode — Een numerieke code die u vindt
op een sticker op uw Dell™-computer. Gebruik deze code
wanneer u contact opneemt met Dell voor hulp. De
service van de Express-servicecode is in sommige landen
niet beschikbaar.
extended display mode (uitgebreide-weergavemodus) —
Een beeldscherminstelling waarmee u een tweede
monitor kunt gebruiken als een uitbreiding van het
huidige beeldscherm. Deze wordt ook de dubbele-
weergavemodus genoemd.
F
Fahrenheit — Een temperatuurseenheid waarbij 32° het
vriespunt is en 212° het kookpunt van water.
FBD — fully-buffered DIMM (volledig gebufferde
DIMM) — Een DIMM met DDR2 DRAM-chips en een
Advanced Memory Buffer (AMB, geavanceerde
geheugenbuffer) die zorgt voor een snellere communicatie
tussen de DDR2 SDRAM-chips en het systeem.
156
Termenlijst
FCC — Federal Communications Commission (federale
communicatiecommissie) — Een Amerikaanse instantie
verantwoordelijk voor de regelgeving met betrekking tot
de communicatie die aangeeft hoeveel straling computers
en andere elektronische apparaten mogen afgeven.
formatteren — Het proces dat een station of schijf voor
bestandsopslag voorbereidt. Wanneer een station of een
schijf is geformatteerd, gaat de bestaande informatie erop
verloren.
FSB — front side bus — Het gegevenspad en de fysieke
interface tussen de processor en de RAM.
FTP — file transfer protocol (bestandsoverdrachtprotocol) —
Een standaard internetprotocol dat wordt gebruikt om
bestanden uit te wisselen tussen computers die met het
internet zijn verbonden.
G
G — zwaartekracht — Een eenheid van gewicht en
kracht.
GB — gigabyte — Een eenheid van gegevensopslag die
gelijk is aan 1024 MB (1.073.741.824 bytes). Wanneer het
aantal MB verwijst naar de opslag op een vaste schijf,
wordt dit vaak afgerond tot 1.000.000.000 bytes.
geheugen — Een tijdelijke locatie voor gegevensopslag in
de computer. De gegevens in het geheugen zijn niet
permanent. Het is daarom raadzaam dat u de bestanden
regelmatig opslaat terwijl u aan ze werkt en ze sowieso altijd
opslaat voordat u de computer uitschakelt. De computer
kan verschillende typen geheugen bevatten, zoals RAM,
ROM en videogeheugen. Het woord 'geheugen' wordt vaak
ook als synoniem voor RAM gebruikt.
geheugen toewijzen — Het proces waarmee de computer
bij het opstarten geheugenadressen aan fysieke locaties
toewijst. Apparaten en software kunnen dan informatie
identificeren waartoe de processor toegang heeft.
geheugenadres — Een specifieke locatie waar gegevens
tijdelijk in RAM worden opgeslagen.
geheugenmodule — Een kleine printplaat waarop zich
geheugenchips bevinden en die op de systeemkaart wordt
aangesloten.
geïntegreerd — Duidt doorgaans op onderdelen die zich

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Pp04x

Inhoudsopgave