3. De vertragingstijd kan worden ingesteld op 5s, 10s, 30s, 1min, 2min, 5min,
10min of Manual. De vertraagtijd verwijst naar de tijdsduur die de alarmuitgang
blijft werken nadat het alarm heeft opgetreden.
4. Klik op Arming Schedule om de interface bewerken geplande tijd te openen. De
configuratie van de tijdsplanning is hetzelfde als de instelling van de
beveiligingsplanning voor bewegingsdetectie. Zie Taak 2: Stel het
inschakelschema voor bewegingsdetectie in in Sectie 10.1.1.
5. U kunt de instellingen kopiëren voor andere alarmuitgangen.
6. Klik op Save om de instellingen op te slaan.
10.1.5 Uitzondering behandelen
Het type uitzondering kan zijn: HDD vol, HDD-fout, netwerkverbinding verbroken,
conflicterend IP-adres en illegaal aanmelden bij de camera's.
Stappen:
1. Ga naar de interface Instellingen uitzonderingen: Configuration > Event > Basic
Event > Exception.
2. Schakel het selectievakje in om de acties in te stellen die moeten worden
uitgevoerd voor het Uitzonderingsalarm. Zie Taak 3: Stel de koppelmethode voor
bewegingsdetectie in in Sectie 10.1.1.
3. Klik op Save om de instellingen op te slaan.
Gebruikershandleiding netwerkcamera
Afbeelding 10–10 Uitzonderinginstellingen
108