Voor de dag-/nachtschakelaar kan Day, Night, Auto, Scheduled-Switch of
Triggered by alarm input worden geselecteerd.
Afbeelding 9–3 Dag-/nachtschakelaar
Day: De camera blijft in de dagmodus.
Night: De camera blijft in de nachtmodus.
Auto: De camera schakelt automatisch tussen dag- en nachtmodus op basis van
het lichtniveau. De gevoeligheid loopt uiteen van 0 t/m 7; hoe hoger de waarde,
hoe gemakkelijker de modus omschakelt. De filtertijd verwijst naar het
tijdsinterval tussen de dag-/nachtschakelaar. U kunt deze instellen van 5 sec tot
120 sec.
Scheduled-Switch: Stel de begin- en eindtijd in om de duur van de
dag-/nachtmodus te definiëren.
Triggered by alarm input: De schakelaar wordt door een alarmingang
geactiveerd. U kunt de geactiveerd modus instellen op Day of Night.
Smart Supplement Light: Als de aanvullende lamp wordt ingesteld op ON, dan
kan voor de verlichtingsmodus Auto of Manual worden geselecteerd.
Als Auto wordt geselecteerd, dan wisselt de aanvullende lamp in overeenstemming
met de feitelijke helderheid. Als de huidige scène bijv. helder genoeg is, dan past de
aanvullende lamp zich aan op lager vermogen en als de scène is niet helder genoeg
is, dan stelt de lamp zichzelf in op een hoger vermogen.
Selecteer Manual om de aanvulling aan te passen door de het aanpassen van de
afstand. Als het voorwerp zich bijv. in de buurt van de camera bevindt, dan past
het apparaat de aanvullende lamp aan op een lager vermogen en wordt de lamp
op een hoger vermogen ingesteld als het voorwerp zich ver weg bevindt.
Gebruikershandleiding netwerkcamera
89