Samenvatting van Inhoud voor Toro Greensmaster Flex 21
Pagina 1
Form No. 3327-706 Greensmaster Flex 21 Greensmaster Loopmaaier Modelnr. 04021—210000001 en hoger (tractie–eenheid) Modelnr. 04200—210000001 en hoger (maaidek) Gebruikershandleiding Nederlands (NL)
Er worden in deze handleiding nog twee woorden gebruikt om u op belangrijke informatie te wijzen. Belangrijk attendeert u op bijzondere technische informatie en Opmerking: duidt algemene informatie aan die uw bijzondere aandacht verdient. Veiligheid Deze machine voldoet minstens aan CEN–norm EN 836:1997, ISO–norm 5395:1990 en de B71.4-1999 specificaties van het American National Standards Institute (ANSI), van kracht op het moment van...
Voor ingebruikname Denk eraan dat elke helling gevaarlijk is. Wees extra voorzichtig als u rijdt op met gras begroeide hellingen. Draag tijdens het maaien altijd stevige schoenen, een Om te voorkomen dat de machine kantelt: lange broek, een helm, een veiligheidsbril en –...
Maaimachine Onderhoud en stalling De volgende lijst bevat veiligheidsinstructies die specifiek zijn toegesneden op Toro–producten, of andere Draai alle moeren, bouten en schroeven regelmatig veiligheidsinstructies die niet zijn opgenomen in de strak aan, zodat de machine steeds veilig in gebruik is.
Ten behoeve van de veiligheid en een nauwkeurige A. Schakel de tractie–aandrijving uit. afstelling moet u het maximale motortoerental laten B. Zet de motor af. controleren door een erkende Toro–dealer. Maximale afgeregelde motortoerental: 3600 tpm. C. Verwijder de transportwielen. Indien belangrijke reparaties nodig zijn of hulp is D.
Trillingsniveau Deze machine heeft een trillingsniveau van 4,00 m/s op de handen en armen, gebaseerd op metingen bij identieke machines volgens procedures zoals vastgelegd in ISO 5349. Veiligheids– en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers.
Pagina 8
Onderdeelnr. 104-2617 Onderdeelnr. 104-2618 1. Tractie–aandrijving 4. Vooruit 1. Parkeerrem 3. Parkeerrem–ingeschakeld 2. Aandrijving messenkooi 5. Hendel–ingeschakeld 2. Parkeerrem–uitgeschakeld 3. Neutraalstand 6. Hendel–uitgeschakeld Onderdeelnr. 104–2621 1. Lees de bedieningshandleiding Onderdeelnr. 105–2411 Onderdeelnr. 93-8064 1. Transmissie–olie 1. Gevaar—Lees de 2. Handen, vingers en bedieningshandleiding voor voeten kunnen worden de juiste...
Lezen voordat de machine in gebruik wordt Gebruikershandleiding genomen. Lezen voordat de machine in gebruik wordt Gebruikershandleiding van motor genomen. Onderdelencatalogus Bekijken voordat de machine in gebruik Instructievideo wordt genomen. Certificaat van Integriteit en Naleving Registratiekaarten Invullen en opsturen naar Toro.
De handgreep bevestigen De handgreep instellen 1. Verwijder de flenscontramoer van de tapbout en de 1. Verwijder de R–pennen van de ringpennen aan beide draaipen aan beide zijden van het maaidek (Fig. 3). zijden van het maaidek (Fig. 5). Figuur 3 1.
3. Draai de sluitklem van het wiel weg van het midden Opmerking: Gebruik van multigrade–olie (5W-20, 10W-30 van het wiel zodat het wiel verder op de as kan en 10W-40) zal leiden tot een hoger olieverbruik. Controleer schuiven (Fig. 7). vaker het oliepeil als u multigrade–olie gebruikt.
1. Reinig de omgeving van de tankdop en verwijder de Waarschuwing dop (Fig. 9). Gebruik loodvrije benzine en vul de brandstoftank tot aan de onderkant van de filterzeef. Niet te vol vullen. Benzine is schadelijk of dodelijk bij inname. Langdurige blootstelling aan dampen kan leiden 2.
Maaidek loskoppelen van de tractie–eenheid 1. Plaats de machine op de trommels op een horizontaal oppervlak. 2. Trap de kick–standaard omlaag. Steek een pen met een diameter van 6,4 mm of een soortgelijk voorwerp in het gat in het frame boven de bevestigingsbout van de kick–standaard (Fig.
De maaihoogte instellen 4. Draai de moer op de hoogtelat los (Fig. 19) en draai de stelschroef op de gewenste maaihoogte. De afstand tussen de onderkant van de schroefkop en de lat is de 1. Zet de beugels van de achterste roller (Fig. 18) in de maaihoogte.
Stopbalk instellen De grasmand monteren U moet de stopbalk instellen zodat het maaisel op Pak de mand vast bij de bovenste lip en schuif het frame behoorlijke wijze wordt afgevoerd uit de omgeving van de van de mand op de houders (Fig. 22). messenkooi.
Gebruiksaanwijzing De messenkooihendel heeft twee standen: Inschakelen en Uitschakelen. U schakelt de messenkooi in door het bovenste deel van de hendel naar links te bewegen en u Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie schakelt de messenkooi uit door de hendel terug te zetten de linker–...
Terugloopstarter Starten en stoppen Trek aan de handgreep van de terugloopstarter (Fig. 25) Opmerking: Zorg ervoor dat de bougiekabel is om de motor te starten. aangesloten op de bougie. 1. Controleer of de tractie en de messenkooi zijn uitgeschakeld. Opmerking: De motor zal niet starten als de tractie is ingeschakeld.
Voorbereidingen voor het Wijze van maaien maaien Maai een gazon in een rechte lijn en ga daarbij heen en weer over het gazon. Maai niet in een cirkel en draai de 1. Schakel de tractie uit, zet de gashendel op Langzaam machine nooit op een gazon omdat dit hierdoor kan en zet de motor af.
Bediening Na het maaien Bediening tijdens het maaien: 1. Rij de machine van het gazon af, schakel de tractie en de messenkooi uit, en zet de motor af. 1. Start de motor, zet de gashendel op lage snelheid, duw de handgreep omlaag om het maaidek op te heffen, 2.
Onderhoud Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker– en rechterzijde van de machine. Aanbevolen onderhoudsschema Onderhoudsinterval Onderhoudsprocedure Motorolie verversen. Na de eerste 20 bedrijfsuren Brandstoffilter vervangen. Na de eerste Transmissievloeistof verversen. 50 bedrijfsuren Luchtfilter reinigen. Om de 25 bedrijfsuren Controleren of bevestigingen vastzitten.
Controlelijst Dagelijks Onderhoud Gelieve deze pagina te kopiëren ten behoeve van gebruik bij routinecontroles. Voor week van: Gecontroleerde item Werking veiligheidssysteem controleren. Werking van de parkeerrem controleren. Controleren of de draaiverbindingen onbelemmerd werken. Brandstofpeil controleren. Motoroliepeil controleren. Luchtfilter controleren. De koelribben van de motor reinigen. Controleren of motor ongewone geluiden maakt.
Motorolie Olie verversen 1. Start de motor en laat deze enkele minuten lopen zodat Controleer het motoroliepeil om de 5 bedrijfsuren of de motorolie warm wordt. telkens nadat u de machine heeft gebruikt. Ververs de motorolie na de eerste 20 bedrijfsuren en daarna om de 2.
Bougie vervangen 3. Als het schuimelement vuil is, moet u dit verwijderen van het papierelement (Fig. 31). Grondig schoonmaken. Gebruik een NGK BPR 5ES bougie of een bougie van een equivalent type. De correcte elektrodenafstand is A. Was het schuimelement in een oplossing van 0,7112–0,8128 mm.
Brandstoffilter reinigen Reing het brandstoffilter na de eerste 20 bedrijfsuren en daarna om de 50 bedrijfsuren. 1. Sluit de brandstofafsluitklep en schroef de bak van het filterhuis (Fig. 34). Figuur 35 1. Controle–/vulplug 2. Aftapplug 3. Druk de handgreep omlaag en kantel de machine naar achteren.
De riemen afstellen 3. Om de riemspanning af te stellen gaat u als volgt te werk: Zorg ervoor dat de riemen de juiste spanning hebben zodat A. Draai de montagemoeren van het lagerhuis los de machine naar behoren kan werken en onnodige slijtage (Fig.
Drijfriem van messenkooi 3. Om de riemspanning af te stellen, gaat u als volgt te werk: (transmissiekoppeling) A. Draai de montagemoeren van het lagerhuis los 1. Verwijder de bevestigingen van de drijfriemkap en de (Fig. 38). drijfriemkap zodat u bij de riem kunt komen (Fig. 40). Figuur 42 1.
Pagina 29
Tractiedrijfriem 3. Om de riemspanning af te stellen, gaat u als volgt te werk: 1. Verwijder de bevestigingen van de drijfriemkap en de A. Verwijder de tapbout op de achterkant van de drijfriemkap zodat u bij de riem kunt komen (Fig. 44). zijplaat, waarmee de beugel van de spanpoelie is bevestigd aan de zijplaat (Fig.
De tractiebediening afstellen De bediening van de messenkooi afstellen Als de tractiebediening niet werkt of slipt tijdens het maaien, moet deze worden afgesteld. Als de bediening van de messenkooi niet werkt of slipt tijdens het maaien, moet deze worden afgesteld. 1.
Onderhoud van de Onderhoud van de snijbalk Interlockschakelaar De snijbalk verwijderen Ga als volgt te werk als de schakelaar moet worden 1. Draai de stelschroef van de snijbalk linksom om de afgesteld of worden vervangen. snijbalk weg te trekken van de messenkooi (Fig. 51). 1.
3. Wet de messenkooi volgens de procedure in de snijbalk bevinden. Handleiding Slijpen van Toro–maaimachines met messenkooien en roterende messen, documentnr. 2. Zet de snijbalk vast aan beide zijplaten met de 80-300 PT.